8 januari 2013 – De prijs van niet zwijgen: Behrouz Javid Tehrani, Iraans journalist en voormalig studentenactivist, beschrijft de omstandigheden en zijn ervaringen tijdens zijn internering in Iraanse gevangenissen tussen 1999 en 2011. In het bijzonder spreekt hij over hoe hij en anderen behandeld werden in de Rajaee Shahr gevangenis – waar hij het grootste deel van zijn meer dan 11 jaar gevangenschap doorbracht.

Naam: Behrouz Javid Tehrani
Geboorteplaats: Teheran, Iran
Geboortedatum: 26 december 1978
Beroep: journalist

Geïnterviewd door: Iran Human Rights Documentation Center (IHRDC)

Datum interview: 11 oktober 2012

Interviewer: medewerker van IHRDC

Deze verklaring is opgesteld naar aanleiding van een interview met Behrouz Javid Tehrani en op 3 januari 2013 goedgekeurd door Behrouz Javid Tehrani. De verklaring bevat 65 punten.
De standpunten en meningen van de getuige zijn niet noodzakelijkerwijs die van de Iran Human Rights Documentation Center.
Verklaring

  1. Mijn naam is Behrouz Javid Tehrani. In 1999 studeerde ik landbouwkunde. Toen ik hoorde over de overval op het studentenhuis [van de Universiteit van Teheran] heb ik aan de demonstraties deelgenomen en werd ik gearresteerd. Ik heb vier jaar in de gevangenis gezeten wegens mijn betrokkenheid bij deze demonstraties. Van die vier jaar zat ik meer dan drie en een half jaar in de Rajaee Shahr gevangenis in Karaj. Na mijn vrijlating hervatte ik mijn activiteiten. Ik werd in 2006 opnieuw gearresteerd en deze keer veroordeeld tot zeven jaar. Tussen die twee voorvallen in was ik ook al vijf maanden gedetineerd. Ik kwam in 2011 vrij omdat die vijf maanden in mindering werden gebracht. In totaal heb ik 11 jaar in de gevangenis gezeten, waarvan meer dan 10 jaar in de Rajaee Shahr gevangenis in Karaj.De omstandigheden rond zijn aanhouding
  1. Op [donderdag] 9 juli 2009 besloot ik deel te nemen aan de geplande protesten nadat ik via buitenlandse radiozenders gehoord had over de overval op de studentenhuizen. Ik ging er op zaterdagochtend heen en ook op zondag en maandag. Op maandag werden de schermutselingen heviger en de politie viel de studenten aan. Ze gebruikten traangas en pepperspray, en sloegen de demonstranten met knuppels en elektrische stokken. In de buurt van het Vali Asr-plein staken demonstranterende studenten een bus in brand. Op dat moment werd er een steen naar me gegooid die mijn hoofd hard raakte. Bloed stroomde over mijn gezicht en ik moest naar een van de zijstraten om mijn gezicht schoon te maken.
  2. Toen ik terugkwam zat ik tussen twee groepen anti-oproerpolitie in, een aan de noordkant van het plein en de andere aan de zuidkant. Ik moest kiezen welke kant ik op zou gaan. Ik koos voor de zuidkant. Er was aan alle kanten politie. Ook de Keshavarz Boulevard was vol politie. Ik begon rustig naar de zuidkant te lopen alsof er niets gebeurd is, maar aan mijn gezicht was wel te zien dat dit geen gewone situatie was. Toen ik het plein bereikte werd ik van achteren geduwd. Er was een afzetting voor me en ik moest daar overheen springen. Toen ik me omdraaide zag ik dat het politie in burger was. Ik werd daar ter plekke gearresteerd – ik denk dat ik [in de menigte] opviel door mijn gehavende gezicht. Mijn gezicht was duidelijk gezwollen en gewond, ook al had ik het schoongemaakt en bloedde het niet meer.
    Detentie, verhoor en marteling
  3. De omstandigheden rond mijn arrestatie en de verhoren in 2006 zijn ook wetenswaardig. Ik was thuis ’s middags aan het rusten toen de deur plotseling werd opengebroken en mijn huis bestormd werd [door agenten]. Ze maakten een puinhoop bij het doorzoeken van het huis, en namen persoonlijke spullen, bestanden, documenten en onvervangbare familiefoto’s mee. Ze sloegen me zelfs in mijn eigen huis.
  4. Op dat moment waren Keyvan Rafi’i en ik kamergenoten. Hij logeerde bij mij thuis. Ze sloegen ons allebei. Met onze klacht bij het Ministerie van Inlichtingen tegen de agenten die ons geslagen hadden werd niets gedaan. Ze sloegen me tijdens verhoren ook. In 2006 hebben ze zelfs een rib gebroken.
  5. In de zomer van 2011, toen Mr. Dokmechi ziek was, hebben we hem in zijn zorgwekkende toestand gefilmd. Omdat mijn stem op de band staat, brachten ze [de Iraanse autoriteiten] mij en drie andere gevangenen naar afdeling 240 van de Evin-gevangenis, welke van het ministerie van Inlichtingen is (op de verdieping die wordt gerund door het Ministerie van Inlichtingen en niet door de gevangenisorganisatie zelf). Ik bleef daar de hele zomer in eenzame opsluiting.
  6. Ik werd daar meerdere malen geslagen. Wat echt erg was, en een van de ergste martelingen die ik kan bedenken, was dat mijn handen en voeten geboeid werden, vervolgens bij elkaar gebonden dat ze toen mij de mond wilden snoeren. Ik klemde mijn kaken op elkaar voordat ze mijn mond afdekten. Ze wilden een lap in mijn mond stoppen. Een van de bewakers van afdeling 209 stompte op mijn borst, maar ik deed mijn kaken niet van elkaar. Hij ging op en neer springen op mijn borst. Toen zijn drie van mijn ribben gebroken. Ik opende mijn mond, en hij bedekte hem. Ze maakten mijn handboeien vast aan mijn voetboeien, en ik moest tot de ochtend op mijn gebroken borst liggen. Geboeid en geketend zijn was een van de ergste vormen van marteling die ik heb ervaren, omdat je er uitgeput van raakt en je niet kunt bewegen.

    Behrouz Javid Tehrani voor het gerecht
  7. Mijn eerste rechtszaak was in 1999, bij de 26e afdeling van de rechtbank. Ik sprak maar vijf minuten met de rechter, dat was de rechter die mij veroordeelde tot acht jaar gevangenisstraf. Toen de gevangenen die wegens werden de protesten van 9 juli 1999 gearresteerd waren amnestie kregen, werd mijn straf teruggebracht tot vier jaar. Toen ik in 2006, na twee of drie arrestaties, weer voor het gerecht kwam vroeg rechter Haddad mij: “Was uw straf teruggebracht tot vier jaar wegens een voorwaardelijke vrijlating?” Ik zei: “Het was geen voorwaardelijke vrijlating. Het was de amnestie van de Opperste Leider, die werd verleend aan alle arrestanten van de protesten  van 9 juli 1999.” Hij zei: “Ik zal ervoor zorgen dat u die vier jaar in de gevangenis uitzit.”
  8. De rechter veroordeelde me tot zeven jaar gevangenisstraf, wat in hoger beroep werd teruggebracht tot drie jaar. Dat was rechter Zargar die [naar mijn mening] de ergste rechter is van alle hoven van beroep; hij bracht mijn vonnis echter terug tot drie jaar. Maar ze kwamen weer met allerlei beschuldigingen en ik kreeg nog eens vier jaar, wat inhield dat rechter Haddad deed wat hij beloofd had, en ik nog eens de vier jaar die van mijn vorige vonnis waren afgetrokken in de gevangenis moest doorbrengen.
  9. Ik was eigenlijk niet veroordeeld voor iets wat ik gedaan had. Het was eerder omdat de Revolutionaire Rechtbank of het Ministerie van Inlichtingen me wilde dwarsbomen. In 2006 zei mijn advocaat zelfs tegen me dat de enige misdaad waarvan ik kon worden beschuldigd, propaganda tegen het systeem was. Mijn advocaat Behrouz Bigverdi vertegenwoordigde me pro bono. Toen ik drie jaar uitgezeten had deden zij er nog eens de vier jaar bij waarmee het vonnis eerst verminderd was, omdat die vermindering abusievelijk was toegekend.De Rajaee Shahr gevangenis
  10. Om de omstandigheden van de Rajaee Shahr gevangenis uit te leggen moeten we de situatie vergelijken tussen het tijdperk van de hervormingen en de tijd daarna. Opgemerkt dient te worden dat de Rajaee Shahr gevangenis achterbleef in vergelijking met de rest van het land, zowel betreffende de initiatie als het einde van de hervormingen. Toen we in 2000 in de Rajaee Shahr gevangenis kwamen was deze in precies dezelfde staat als in de jaren 80. De gevangeniskleding werd door de overheid verstrekt, ze knipten ieders haar af, sloegen de gevangenen, en telefoongesprekken waren beperkt tot vijf minuten per twee maanden, of helemaal niet. De afdelingen waren overvol. De hygiënische toestand was verschrikkelijk. Gevangenen werden niet op basis van hun misdaden gescheiden. Gevangenen werden langere tijd eenzaam opgesloten wegens overtredingen die zij op hun afdeling begaan hadden.
  11. In 2001 begonnen er dingen te veranderen. Telefoongesprekken werden maandelijks toegestaan, daarna wekelijks, toen een paar keer per week, en toen dagelijks. We hoefden niet langer de gevangeniskleding te dragen en konden kleding meenemen van buiten de gevangenis, en we konden wassen. Ze brachten zelfs kleden voor op de vloer. Zij brachten bedden en boeken werden toegestaan. Er kwamen regelmatig kranten. Over het geheel genomen werd de gevangenis leefbaar. Dit proces ging door tot en met 2003. Het aantal politieke gevangenen in Rajaee Shahr was erg laag. Afgezien van een groep van ongeveer 20 tot 30 derwisjen die samen gearresteerd waren, was ik de enige politieke gevangene in Rajaee Shahr.
  12. Ik werd in 2003 vrijgelaten. Toen ik in 2006 terugkwam in Rajaee Shahr was [de voormalige Iraanse president] Mr Khatami weg en de beperkingen voor de gevangenen begonnen opnieuw. Het slaan en de eenzame opsluiting begon weer, maar ze voerden de veranderingen heel langzaam in. Eerst haalden ze de muren tussen aangrenzende cellen weg, en noemden de nieuwe cellen “suites”. In die ruimte was een douche en een toilet. Toen voerden ze de eenzame opsluiting weer in. Ze openden sectie 2 van hal 1, ook bekend als het “hondenhok”. In dat deel hebben de cellen camera’s, ze zijn helemaal donker en de ramen zijn volledig afgedekt met beton. Er is slechts een klein getralied venster. De gevangene krijgt slechts twee dekens en zeer weinig voedsel. Ze heropende het hondenhok in 2008. Gevangenen die een overtreding begaan of gevangenen waar de gevangenisautoriteiten op de een of andere manier een hekel aan hebben worden er naartoe gebracht.De medische voorzieningen in de Rajaee Shahr gevangenis
  13. Ik wil het nu hebben over de medische voorzieningen in Rajaee Shahr. Ook die veranderden. Eerst werd het een tijdje beter, en toen verslechterden de zaken weer. Tijdens de hervormingen werden de medische voorzieningen verbeterd, en kregen de gevangenen de medicijnen die zij nodig hadden. Slechts enkele “luxe” geneesmiddelen, zoals vitamines en medicijnen voor huidaandoeningen kwamen van buiten de gevangenis. Als het om dure geneesmiddelen ging nam de familie ze mee naar de gevangenis. Toen de situatie verslechterde werden de benodigde medicijnen niet meer door de medische dienst aan de gevangenen verstrekt.
  14. Het gebeurde vaak dat de medische dienst van de gevangenis, die minstens 3500 gevangenen huisvest, zonder antibiotica zat, soms wel twee maanden lang. Er waren veel gevangenen met besmettelijke ziekten. Soms schreef de arts bijvoorbeeld 30 pillen voor en gaf de apotheek er maar 15 waarbij ze zeiden dat ze er niet meer hadden. Er waren veel van zulke gevallen. In die periode werd het ook moeilijk om medicijnen van buiten de gevangenis mee te brengen.
  15. Ik heb een aantal keer geklaagd dat ik mijn recept niet kreeg. Soms mochten de artsen een bepaald geneesmiddel niet voorschrijven. Soms beweerde de arts dat bepaalde medicijnen niet beschikbaar waren en dat ze er niets aan konden doen. Zo waren de medische voorzieningen.
  16. Toen de situatie in de gevangenis moeilijker werd, werd het ook erg lastig om medische zorg buiten de gevangenis te krijgen. Na 2009 werd een wet aangenomen die toestemming van de officier van justitie vereist, elke keer wanneer een politieke gevangene de gevangenis wil verlaten. Dit maakte het dubbel zo moeilijk voor politieke gevangenen.
  17. Ja’far Eghdami, een vriend van mij, is politieke gevangene. Hij heeft ongeveer een jaar geprobeerd om een zenuw probleem op te lossen, maar iedere keer als hij naar het ziekenhuis moest voor een zenuw- of spiertest moesten hij en zijn familie zich een half jaar door bureaucratische obstakels heen werken. En toen ze eindelijk naar het ziekenhuis gingen was de dokter er niet, wat betekende dat ze nogmaals toestemming nodig zouden hebben om naar het ziekenhuis te gaan.
  18. Hetzelfde overkwam de heer Mohsen Dokmechi. Hij was ziek, maar ze brachten hem niet naar het ziekenhuis. Toen hij na een hele tijd eindelijk naar het ziekenhuis gebracht werd, werd hij tijdens de chemotherapie geboeid en geketend. Hij vertelde hen dat hij met handboeien en ketenen niet kon doorgaan met zijn chemotherapie en keerde terug naar de gevangenis. Hij moest tijdens de chemotherapie veelvuldig naar het toilet, maar de bewakers in het ziekenhuis deden zijn handboeien en ketenen daarvoor niet af.Eenzame opsluiting in de Rajaee Shahr gevangenis
  19. Toen Shahroudi de leiding nam [van de rechterlijke macht] deed hij eenzame opsluiting in de ban. Eerst maakten ze de “suites.” Ze verwijderde muren tussen aangrenzende cellen, voegden een douche en een toilet toe en noemden de nieuwe cellen “suites”. Die suites waren een truc, want ze beweerden dat er geen eenzame opsluiting bestond in de Islamitische Republiek, en dat de gevangenen in suites zaten. Dit proces vond ook plaats in afdeling 209 [van de Evin-gevangenis]. Ze haalde daar de muren tussen de cellen weg en creëerden suites. Net zoals de suites in Rajaee Shahr, alleen hadden ze niet allemaal douches. Ik wil hier aan toevoegen dat afdeling 209 na het verwijderen van de muren tussen aangrenzende cellen in 2009, toen het aantal gedetineerden toenam, een cellentekort had. Als gevolg daarvan namen ze een van de verdiepingen van afdeling 240 over.
  20. Daarom horen we soms dat het ministerie van Inlichtingen iemand heeft meegenomen naar afdeling 240. Er zijn ongeveer 80 cellen in de L-vormige afdeling 240. De administratie van die verdieping werd overgedragen van de gevangenis organisatie naar het Ministerie van Inlichtingen. Mensen die vroeger gevangen zaten weten dat niet als ze horen dat er iemand op afdeling 240 zit. Ze denken dat die persoon in eenzame opsluiting valt onder de gevangenis organisatie, maar in werkelijkheid wordt de verdieping van afdeling 240 geleid door het ministerie van Inlichtingen.
  21. Dit patroon zette zich voort en situatie werd met de dag slechter. Dit ging door tot zij de armen en benen van twee gevangenen braken toen ze hen sloegen. Ze brachten zelfs een wapenstok bij een van hen naar binnen. We hebben een  video waarop de toestand staat van deze gevangenen na hun vrijlating. De video toont hun verwondingen en is op internet te zien. Nadat de video uitkwam werden de ernstige mishandelingen gestopt. De autoriteiten waren bang dat er meer van dergelijke video’s naar buiten zouden worden gebracht. In plaats daarvan begonnen ze gevangenen op de zolen van hun voeten te slaan. Bastinado (het toedienen van stok- of zweepslagen op de voetzolen) werd gemeengoed. Terwijl ik op het punt stond te worden vrijgelaten, werd bastinado op dezelfde wijze toegepast als in de oude Iraanse scholen. Maar ze maakten geen gebruik van stokken. In plaats daarvan gebruikten ze witgekleurde water leidingbuizen. Die buizen staan bekend als groene pijp in Iran, maar ze zijn eigenlijk wit. Deze buizen zijn zeer pijnlijk. Veel pijnlijker dan de standaard wapenstokken. De mishandelingen waren ernstig in 2007. Op dat moment werden er nog geen mobiele telefoons de gevangenis in gesmokkeld.
  22. Op een keer zat ik in eenzame opsluiting en kreeg ruzie met een bewaker. Ze deden handboeien om en blinddoekten mij, ketenden me en begonnen me te slaan. De bewakers omcirkelden me en sloegen me met stokken. Een sloeg op mijn knie of dijbeen, waardoor ik ineenkromp van de pijn. Dan een ander sloeg me op mijn rug, waardoor van de pijn weer rechtop ging staan. Dit duurde meer dan een half uur. Ik wierp me op de grond, maar de afstraffing werd voortgezet. Maar Goddank sloegen ze me met gewone wapenstokken. Ik heb altijd dank God gedankt dat ze die dag geen waterleidingpijpen gebruikten, want die breken je botten. Het slaan van gevangenen is uitgegroeid tot een echt probleem. Niet alleen het slaan, ook andere [soorten van] mishandelingen zijn toegenomen. Als een bewaker met een gevangene kan doen wat hij wil behandelt hij een gevangene niet met respect. Hij zegt wat hij wil tegen de gevangenen.De afdelingen in de Rajaee Shahr gevangenis
  23. Er zijn 24 hallen in de Rajaee Shahr gevangenis. Elke afdeling heeft drie hallen. Er zijn acht afdelingen, waarvan er een wordt geleid door het ministerie van Inlichtingen. Maar deze afdeling wordt de IRGC afdeling genoemd. Het ministerie van Inlichtingen brengt zijn gevangenen naar eenzame cellen op deze afdeling. Dat is afdeling 8.
  24. De Rajaee Shahr gevangenis had vroeger een afdeling 7, waar vrouwelijke gevangenen vastzaten. Maar [nu] sturen ze vrouwelijke gevangenen naar de Varamin en de Evin gevangenis. Nu zitten op afdeling 7 psychiatrische patiënten. In plaats van deze geesteszieken psychiatrische zorg te verlenen worden ze op deze afdeling gedumpt. Op deze afdeling heersen verschrikkelijke toestanden, omdat veel van de patiënten niet goed kunnen eten of zichzelf wassen.
  25. Na mijn vrijlating werd er een nieuwe afdeling buiten het gevangeniscomplex gebouwd. Dat is afdeling 10. Als Google Earth update met nieuwe satellietfoto’s zal deze afdeling te zien zijn. Het moest in eerste instantie een vrouwenafdeling worden, maar de plannen zijn later veranderd. Dit is een van de ergste afdelingen. Ik heb later contact gehand met een aantal gevangenen in Rajaee Shahr en die vertelden me dat de eenzame cellen er donker en verschrikkelijk zijn. Het gebouw staat los van het hoofdgebouw van de Rajaee Shahr gevangenis. Als je kijkt naar de Rajaee Shahr gevangenis op een satellietkaart kun je het vinden.
  26. De autoriteiten hebben een ander gebouw voor vrouwen in de Rajaee Shahr gevangenis gebouwd. Maar later besloten ze om de vrouwen over te plaatsen naar de Varamin en de Evin gevangenis. Dus deze afdeling werd toegewezen aan een aantal gevangenen die vanuit Evin werden overgeplaatst naar de Rajaee Shahr gevangenis. De gevangenen zijn zeer ontevreden over deze afdeling. Ik heb nog niet de kans gehad om te praten met iemand van die afdeling. De gevangenen die met mij over deze afdeling hebben gesproken hebben het van anderen gehoord. Op basis van wat ik heb gehoord is deze afdeling erger dan de oude gebouwen. In plaats van een verbetering, is deze afdeling alleen maar erger geworden.
  27. Het woord dat de autoriteiten gebruiken voor een afdeling is andarzgah [letterlijk vertaald “huis van advies”]. Indien u op de website van de gevangenis organisatie het woord “andarzgah” tegenkomt betekent dat in feite afdeling. Maar wij gebruikten het woord “afdeling”, omdat we hun woorden niet willen gebruiken. In afdeling 5 huist de jeugd. Op basis van de informatie die ik heb, zitten er op die afdeling meer dan 170 of 180 gevangenen in de dodencel. Die gevangenen waren onder de leeftijd van 18 jaar toen ze hun misdaad begingen, maar zijn toch ter dood veroordeeld. We konden niet achter hun werkelijke namen komen. Op alle drie de verdiepingen zitten tieners en jongeren onder de 25.
  28. In hal 10 van afdeling 4 zitten soennitische gevangenen. Voor het eerst zijn in Iran gevangenen op basis van hun religie gescheiden. Dat begon in 2011, en toen beweerden de gevangenis autoriteiten dat de scheiding al-Qaeda gevangenen betrof. Ze plaatsten alle al-Qaeda en alle soennitische gevangenen over naar hal 10 van Rajaee Shahr. Dat vonden wij een beetje vreemd. Veel soennitische gevangenen, die er zaten voor misdaden zoals drugs of moord,  verlieten op eigen verzoek de afdeling. Ze konden niet leven met al-Qaeda gevangenen. Ook veel Koerdische soennitische gevangenen, die aanhangers waren van de Democratische Partij van Iraans Koerdistan, hebben gevraagd om naar hal 12 te worden teruggebracht. Hal 10 herbergt nog steeds al-Qaeda en Jondollah gevangenen.Hal 12 van de Rajaee Shahr gevangenis
  29. Nu over hal 12 … In 2010 werden enkele politieke gevangenen, waaronder verscheidene die in 2009 gearresteerd werden, overgeplaatst naar ruimtes aangeduid als hosseinieh. Dat waren eetzalen gelegen aan het eind van elke afdeling. De autoriteiten plaatsten ongeveer 10 tot 15 politieke gevangenen in zo’n ruimte. Deze kamers hebben redelijke faciliteiten voor de politieke gevangenen die in 2009 gearresteerd waren. Ze begonnen langzaamaan ook andere gevangenen over te plaatsen, waaronder aanhangers van de Mojahedin Khalgh Organisatie. Mansour Osanlou, een arbeidersactivist, en ik zijn er ook naar toe overgeplaatst. Uit die kamer werd veel informatie naar de buitenwereld gelekt.
  30. Ik herinner me dat het hoofd van de inlichtingendienst van de gevangenis een keer tegen ons zei: “Je bent nu via het internet informatie aan het verzenden.” Ze gingen ervan uit dat we mobiele telefoons hadden en toegang tot het internet. Hij vertelde ons dat hij iets voor ons van plan was. Ik moet hierbij opmerken dat ze een week daarvoor apparatuur hadden geïnstalleerd om mobiele telefoons te storen, zodat niemand naar buiten kon bellen.
  31. Op een dag brachten ze ons allemaal naar hal 12 van afdeling 4. Alle politieke gevangenen van Rajaee Shahr, met inbegrip van bahá’ís en Koerden en zelfs al-Qaeda gevangenen. Ze sloten de telefoonruimte af. Nochtans was een aantal gevangenen in staat geweest om de deur te openen en een paar keer naar buiten te bellen. Later werden de telefoons volledig verwijderd. Ze beëindigden ook persoonlijke bezoeken, en naar het ziekenhuis mocht alleen gegaan worden na het verkrijgen van de toestemming van de openbare aanklager. Volgens mij heeft dat de dood Mohsen Dokmechi veroorzaakt.
  32. De situatie werd steeds moeilijker. Elke afdeling heeft zijn pauzetijd. Elke afdeling heeft drie verdiepingen. We zaten in hal 12 op de begane grond. Omdat onze afdeling gescheiden was van drie andere afdelingen, werden de pauzes steeds beperkter. Onze dagelijkse pauze duurde 2 uur, maar kon langer worden door te onderhandelen met de gevangenen. Het pauze probleem was wel een beetje vervelend. Maar het goede ding van deze afdeling was dat het aantal gevangenen erg laag was. Vergeleken met andere hallen, waar soms 600 tot 700 gevangenen gehuisvest waren, was onze zaal met 50 mensen net een park.
  33. Een ander probleem van hal 12 was dat de deur altijd gesloten was. Als een gevangene ziek werd, was de deur moeilijk open te krijgen, vooral ’s nachts. Door deze kwestie is het een aantal malen voorgekomen dat politieke gevangenen geslagen zijn door gevangenisbewakers.
    De sociale dynamiek in de Rajaee Shahr gevangenis
  34. Het is nuttig om de sociale dynamiek binnen de afdelingen die als gevaarlijk worden beschouwd te bespreken. Er zijn afdelingen die bekend staan als “doodvonnis afdelingen” en “levenslang afdelingen,” en daar huizen gewone misdadigers. In Rajaee Shahr hebben deze gevangenen hun eigen speciale gewoonten. Zo hebben ze een niet-gekozen raad, en alle gevangenen weten dat slechts een van die drie of vier gevangenen hen kon helpen als ze een probleem hadden. Als iemand werd gepest was deze raad de enige toevlucht. Deze gevangenen waren afdeling oudsten. Dit is een complex en tegelijkertijd een mooi fenomeen.
  35. Ik heb nog nooit gezien dat op deze afdelingen iemand gepest werd. Hoewel we deze gevangenen als criminelen beschouwen, wordt hun afdeling veel beter gerund dan een geavanceerde samenleving met intellectuelen. Ze maken hun eigen wetten en runnen hun afdelingen. Zelfs bewakers durfden daar geen kamer te doorzoeken, omdat ze bang waren dat ze in elkaar werden geslagen. Op zo’n afdeling zat iedereen in de dodencel en voor hen zou er niets veranderen.
  36. Een andere interessante zaak dat ik waarnam was een fenomeen genaamd “overnemen.” Het is goed om te praten over dit “overnemen”. Er waren gevangenen die ter dood waren veroordeeld. Welnu, als er iemand werd gearresteerd voor een misdaad, zoals het bezitten van 30 gram heroïne, waar in Iran de doodstraf op staat , stapt een “overnemer” naar voren om de verantwoordelijkheid voor de misdaad op zich te nemen in ruil voor 500.000 tomans, een koelkast of een televisie of zoiets. Op een keer zag ik het dossier van iemand met 23 doodvonnissen. Een daarvan was zijn eigen dossier, maar de rest had hij “overgenomen”. De overnemer weet dat hij geëxecuteerd zal worden, maar op deze manier kan hij wat geld verdienen terwijl hij in de gevangenis zit. Hij blijft dit doen tot hij wordt terechtgesteld.
  37. Het enige sociale probleem op die afdelingen was intraveneus druggebruik. Er waren enkele intraveneuze gebruikers die geen goede hygiëne in acht namen. Er waren enkele geesteszieke patiënten die op medicatie stonden en niet voor zichzelf konden zorgen. Sommigen hadden zelfs moeite met eten. De gevangenis autoriteiten zetten hen bij de andere gevangenen. Er waren enkele gevangenen die in geen jaren een douche genomen hadden, omdat er niemand was om ze te helpen, en nu zweren hadden over hun hele lichaam. Sommige sliepen tijdens de pauze op de vloer, en ze hadden allemaal blaren door de luizen. De psychiatrische gevangenen waren echt een belasting voor de andere gevangenen, en ze vormden een reëel probleem voor de hygiënische toestanden in de gevangenis. Helaas heeft de regering deze personen naar de gevangenis gestuurd in plaats van hen geestelijke gezondheidszorg te verlenen. Er zitten veel van hen in de gevangenissen. De criminelen die de Iraanse politie kan pakken zijn meestal dergelijke personen.
  38. De meeste gewone gevangenen respecteren de politieke gevangenen. Maar de dynamiek van de afdeling is ook belangrijk. In juli 2006 werden er zes van ons overgeplaatst naar de afdeling “Huis van de Koran”. De gevangenen daar waren anders. De meeste gevangenen daar hadden beloofd om de koran uit hun hoofd te leren om voorwaardelijk vrij te komen of andere voordelen in de gevangenis te krijgen. Ze zouden alles doen. De gevangenen volgden alles op wat de gevangenis autoriteiten hen vroegen. Met uitzondering van de afdeling “Huis van de Koran”, was de relatie tussen politieke gevangenen en gevangenen van andere afdelingen zeer goed. Politieke gevangenen werden in hoge mate gerespecteerd door andere gevangenen.
  39. Wanneer een politieke gevangene naar een afdeling van gewone misdadigers in de Rajaee Shahr gevangenis zou gaan, zou de politieke gevangene vrijwel zeker niet op de vloer hoeven slapen. Andere gevangenen zouden hun bed uit respect aan politieke gevangenen geven.
  40. In mijn ervaring kun je je tijd het best uitzitten met gewone misdadigers, die in de dodencel zitten. Zij zijn aan het einde van de lijn, en hebben geen hoop om er nog uit te komen. Ze hebben ook niets te winnen van de autoriteiten. Ze weten dat dit hun laatste station is, en ze proberen om nog van hun leven te genieten. Ze proberen een manier te vinden die het leven gemakkelijk maakt voor iedereen. In het algemeen is het leven met de gevangenen in de dodencel prettig.Gevangenis autoriteiten
  41. Laten we het hebben over de gevangenis autoriteiten van Rajaee Shahr die ik gedurende deze 10 jaar ontmoette. Ik was ook korte tijd in de Evin gevangenis, dus laten we daar beginnen. De eerste naam die in me opkomt is Momeni. Ik kom nog steeds zijn naam in het nieuws tegen, vooral omdat hij optreedt tegen politieke gevangenen. Momeni was de interne manager van de Evin gevangenis en heeft nog steeds dezelfde functie. Op basis van wat ik hoor, treedt hij nog steeds hard op tegen politieke gevangenen. Ik heb gelezen dat hij drie politieke gevangenen heeft geslagen om hen te dwingen in hun gevangeniskleding voor het gerecht te verschijnen.
  42. Ik herinner me de namen van een aantal gevangenis ambtenaren van Rajaee Shahr. Een van hen is Hasan Akharian, wiens naam voorkomt op de meest recente lijst van sancties [tegen Iraanse functionarissen] van de Europese Unie. Hij was afdeling hoofd, en hij mishandelde de gevangenen ernstig. In die periode werden twee video’s over de marteling van gevangenen in Rajaee Shahr uitgebracht. Nadat die video’s naar buiten kwamen en er klachten werden ingediend, werd hij bevorderd en kreeg de leiding van de afdeling strafuitvoering in de Evin gevangenis.
  43. Farajnejad is een andere gevangenis ambtenaar die nu aan het hoofd staat van de inlichtingendienst in de Evin gevangenis. Hij was ook betrokken bij het in bedwang houden van zowel gewone als politieke gevangenen. Hij is de persoon die verantwoordelijk is voor het grootste deel van de verzonnen beschuldigingen tegen gevangenen. Farajnejad is de enige reden dat de heer Arjang Davoudi [een politieke gevangene] nu in de Evin-gevangenis zit. De heer Davoudi diende één keer een klacht in tegen de heer Farajnejad. Farajnejad nam wraak door het verzinnen van beschuldigingen tegen de heer Davoudi. Farajnejad is een van de meest verachtelijke figuren in de Rajaee Shahr gevangenis.
  44. Mardani is de nieuwe baas van de Rajaee Shahr gevangenis, van hem is een foto beschikbaar. Hij verbood de inbreng van kleding in de gevangenis. Gevangenen mochten niet langer kleding meenemen van buitenaf. Hij was ook zeer stipt betreffende eenzame opsluiting. Hij heeft zijn ondergeschikten de bevoegdheid gegeven om te doen wat ze willen met de gevangenen. Hij voerde een bezuinigingsprogramma uit om een begrotingstekort tegen te gaan. De kwaliteit van het voedsel is verminderd, en de medische dienst verstrekt zelden de voorgeschreven medicijnen. Ik weet niet of het te wijten is aan zijn incompetentie dat hij niet in staat is geweest om geld te krijgen, of dat de schuld van dit probleem bij de overheid ligt. Hij legt een grote druk op de gevangenen als gevolg van de bezuinigingen.De gevangeniswinkel van Rajaee Shahr
  45. Laat me iets vertellen over de gevangeniswinkel. Veel zaken zijn niet te allen tijde beschikbaar. Sommige dingen zijn ontoereikend. Er wordt veel meer dan de reële marktwaarde berekend, omdat de winkel nu in particulier bezit is. Voor een item dat 8.000 tomans kost rekenen ze 10.000. De gevangenen zijn bereid om de extra prijs te betalen, maar de spullen zijn niet altijd beschikbaar. Soms hebben ze zes maanden geen rijst. Soms is er geen thee, suikerklontjes of tonijn.De gevangeniskeuken van Rajaee Shahr
  46. Een van de dingen die ik nog vergat te vermelden is de gevangenis keuken. In 2004 installeerden ze aardgasleidingen in de gevangenis. Ze bouwden keukens, en zetten op iedere afdeling een aantal branders. Dit was een grote verbetering. De gevangenen die ondervoed waren en alleen gevangenis voedsel konden krijgen, konden nu een eitje bakken of voor zichzelf koken. Ze konden de fornuizen gebruiken om het gevangenis voedsel op te warmen. Deze keukens werden in 2004 gebouwd en verbeterden onze situatie in de gevangenis. Gelukkig zijn de keukens zijn er nog steeds.Gevangenisbezoek in Rajaee Shahr
  47. Aan persoonlijke en echtelijke bezoeken voor politieke gevangenen is een eind gemaakt. Een “cabine” bezoek is wanneer een gevangene zijn familie alleen kan zien door een glazen raam en met hen praat door een telefoon.
  48. Bij een persoonlijk bezoek kan de gedetineerde bij zijn familie te zitten zonder door glas gescheiden te zijn. Nu hebben ze een muur gebouwd in de kamers voor persoonlijk bezoek zodat de gevangenen hun familie niet kunnen omhelzen. De familie van politieke gevangenen kan een persoonlijk bezoek afleggen als ze toestemming krijgen van de openbare aanklager. Maar de maandelijkse persoonlijke bezoeken zijn voorbij.
  49. Er is ook het echtelijke bezoek. Afhankelijk van de gevangenis condities werd het getrouwde gevangenen eerder toegestaan om maandelijks of eens per twee maanden echtelijk bezoek te krijgen. De gevangene zou dan gedurende twee uur met zijn vrouw samen kunnen zijn. Politieke gevangenen zijn nu verstoken van dit twee uur durende echtelijke bezoek. Dit is weer een ander voorbeeld van discriminatie van politieke gevangenen.De gevangenisbibliotheek van Rajaee Shahr
  50. Een ander probleem voor de politieke gevangenen is de bibliotheek. Er is een kleine bibliotheek bij de ingang van elke afdeling. Deze bibliotheken bevatten 300 tot 400 boeken die willekeurig gekozen zijn. De gevangenen die graag willen lezen kunnen de gevangenis autoriteiten vragen om de hoofdbibliotheek te mogen gebruiken. Maar na juni 2009 is het  politieke gevangenen niet langer toegestaan om de hoofdbibliotheek te gebruiken.
    Het voortzetten van een opleiding in de Rajaee Shahr gevangenis
  51. Men kan zijn of haar opleiding in de gevangenis blijven volgen. In 2003 is er een onderwijsinstelling genaamd Hazrat-e Ebrahim opgericht vlakbij de bioscoop. Ik kan het laten zien op satellietbeelden. Deze instelling had klassen van de lagere school tot aan de middelbare school. Voor het hoger onderwijs was Payam-e Nour beschikbaar. Dit systeem loopt al sinds 2003. Instructeurs van het Payam-e Nour Instituut kwamen naar de gevangenis om testen af te nemen. Na 2008 werd het politieke gevangenen verboden gebruik te maken van het Payam-e Nour instituut. Zelfs gevangenen die al waren ingeschreven, zoals Missagh Yazdannejad en Saeed Masouri, mochten hun studie niet afronden.Mijn herinneringen aan geëxecuteerde gevangenen
  52. Een van mijn herinneringen is aan Farzad Kamangar. Ze namen hem mee naar de afdeling Huis van de Koran. Op dat moment zat ik met vijf andere politieke gevangenen in een secundaire ruimte van die afdeling. Aan het begin van elke gang, die 40 eenzame cellen had, was er een ruimte van 10-20 vierkante meter die werd aangeduid als de secundaire ruimte van de afdeling. Er was een toilet en een douche. Op een dag waren wij daar met zijn zessen toen we zagen dat Farzad, Ali Haidarian en Farhad Vakili naar de afdeling Huis van de Koran werden gebracht. De gevangenen die daar vanuit andere afdelingen worden overgeplaatst worden gedwongen om Koran lessen en groepsgebeden bij te wonen. Farzad Kamangar, Farhad en Ali wilden dat niet. Toen ze weigerden de religieuze diensten bij te wonen, moesten ze drie dagen later weer verplaatst worden.
  53. We werden goede vrienden met hen, en we vroegen hen om bij ons in onze kamer te komen. We besloten om de deur te sluiten en hen niet mee te laten nemen door de autoriteiten. We hadden een soort schoolbank en zetten die achter de deur. De ambtenaren kwamen en zeiden dat ze de drie mee moesten nemen. We zeiden dat we hen niet zouden laten gaan, en dat we het hoofd van de gevangenis wilden spreken. We zouden daarvoor zelfs in staking gaan. Hij was er op dat moment niet, misschien was hij wel naar Mekka gegaan. Hij kwam pas drie dagen later terug. We gingen door tot 11 uur of middernacht. De bank stond achter de deur en iemand zat erop tot 11 uur. Toen dachten we dat ze het hadden opgegeven en we gingen slapen.
  54. Ik stond op het punt om in slaap te vallen toen plotseling de deur werd opengebroken en er twintig soldaten in de kamer stonden. Mijn bed was het derde stapelbed, en ik had niet de tijd om eruit te klimmen. Ik zag dat ze Farzad, Ali Haidarian en Farhad Vakili geboeid en geketend meenamen. We waren niet in staat om iets te doen. Dit was mijn herinnering aan Farzad Kamangar.
  55. Ik heb ook een belangwekkende herinnering aan Mehdi Eslamian. Ik heb die al met velen gedeeld. Mehdi was een zeer eenvoudige man. Zijn broer was betrokken bij een bomaanslag in Shiraz. Zijn broer was lid van de royalistische beweging en had politieke motieven om een hosseinieh in Shiraz op te blazen. Mehdi was echter een taxichauffeur en had geen interesse in politiek. Hij was 22, en hij verdiende de kost. Toen Mehdi’s broer ontdekte dat hij werd achtervolgd, kwam hij naar Mehdi en vroeg om zijn hulp. Het enige wat Mehdi deed was dat hij 200.000 tomans gaf aan zijn broer. Toen ze Mehdi’s broer arresteerden, arresteerden ze Mehdi ook. In zijn bekentenissen verklaarde Mehdi’s broer dat Mehdi hem 200.000 tomans had gegeven. Ze arresteerden Mehdi, en hij werd geëxecuteerd wegens de 200.000 tomans die hij aan zijn broer had gegeven.
  56. Ik moet erbij zeggen dat Mehdi’s zaak nog in hoger beroep diende toen ze hem executeerden. Zijn advocaat was Khalil Bahramian. Het was niet de bedoeling dat hij terechtgesteld zou worden. Zelfs als het hof van beroep zijn doodvonnis zou bevestigen, kon hij nog in beroep gaan bij het Hooggerechtshof. Een groot deel van de procedurele stappen moest nog worden genomen voordat hij geëxecuteerd kon worden. Maar hij werd  samen met Farzad Kamangar, Farhad Vakili, Ali Haidarian en Shirin Alamhooli terechtgesteld. Dat was na de opstand  van 2009, en ze wilden het volk intimideren. Mehdi werd opgeofferd. Hij was de meest onschuldige persoon die ik kende.
  57. Ik wil ook nog vertellen hoe ze Mehdi Eslamian meenamen naar zijn executie. Ik noemde Hassan Akharian eerder. Hij had de leiding van onze afdeling. Hij sloeg de gevangenen en behandelde hen onmenselijk. Iedere keer als hij iemand sloeg, verstuurde ik die informatie. Hij realiseerde zich dat ik degene was die informatie lekte. Hij kwam op een dag naar me toe. Hij wilde me omkopen, zodat ik zou stoppen. Hij zei: “Waarom doe je dit? Ik wil je de leiding geven van de medische dienst in de gevangenis. “
  58. Degene die belast is met de medische dienst heeft een lucratieve positie, omdat die persoon de afdeling kon verlaten. Anabole steroïden, mobiele telefoons, en metalen voorwerpen waren in trek in de gevangenis. Akharian wist dat het hebben van de leiding over de medische dienst een begeerde positie was waar de gevangenen om vochten. Hij wilde dat ik dat baantje aannam in ruil voor het stoppen met het verzenden van informatie naar de buitenwereld. Ik vertelde hem dat ik het te druk had om die baan aan te nemen, maar ik stelde Mehdi voor. Mehdi kwam uit een heel arm gezin. Akharian aanvaardde dat, in de overtuiging dat ik zou stoppen met het versturen van informatie. Hij vertelde me dat hij met Mehdi zou praten. Ik keerde terug naar de afdeling. Tijdens de lunch vertelde ik Mehdi dat hij verantwoordelijk zou worden voor de medische dienst.
  59. Toen werd opeens Mehdi’s naam omgeroepen. Hij was nog niet klaar zijn lunch. Hij zei dat het òf  zijn moeder was die na maanden uit Shiraz gekomen was om hem te bezoeken, òf dat ze met hem wilden praten over zijn baan bij de medische dienst. Hij zei dat hij er hoe dan ook goed moest uitzien. Hij trok zijn beste kleren aan. Hij deed zelfs cologne op. Hij ging naar de gevangenis autoriteiten. Ik bewaarde zijn eten in de koelkast. Maar hij kwam niet terug. We waren bezorgd. Ik vroeg mijn vrienden wat er gaande was. We konden niets doen. Ik hoorde het nieuws van zijn executie de volgende dag ’s middags. Zijn eten stond nog steeds in de koelkast.
  60. Een andere herinnering die ik wil delen gaat over de eerste vriend van mij die werd geëxecuteerd. Toen we in 1999 werden gearresteerd brachten ze ons naar het Tohid detentiecentrum. Dat gebouw werd tijdens de Tweede Wereldoorlog gebouwd. Het was een zeer beangstigend detentiecentrum. Of misschien voelde ik dat zo, want het was mijn eerste arrestatie. Ik werd na twee maanden overgeplaatst naar de Evin gevangenis. Dat was op 1 september 1999. Omdat ik in 1978 ben geboren stuurden ze mij naar de jeugdafdeling. Ik was 20 jaar. In die tijd heette het afdeling 295. Nu is het afdeling 350.
  61. Op die afdeling had ik een vriend die Davood Sangini Zak heette. Hij werd beschuldigd van het doden van een politieagent tijdens een gewapende overval. Davood was mijn eerste vriend die werd geëxecuteerd. Zijn executie had echt een negatieve invloed op mij. Ik had mijn moeder gevraagd om zijn zaak te volgen. Ik ontmoette zijn zusters de laatste keer dat Davood en ik bezoek hadden, en mijn moeder had zijn zusters leren kennen. Mijn moeder moest diezelfde dag met de zussen naar het noorden van Iran. Ze wilden met de familie van het slachtoffer spreken en hen vragen om Davood’s leven te sparen. Op die dag verplaatsten ze mij naar de Rajaee Shahr gevangenis en zij brachten Davood naar de Ghasr gevangenis voor zijn executie. Ze namen ons mee in dezelfde auto. We zeiden vaarwel aan de poort van Ghasr gevangenis.
  62. De executie van Davood had een negatieve invloed op mij. Mijn moeder vertelde me later dat ze te horen kregen dat Davood diezelfde dag nog zou worden geëxecuteerd, en dat ze dus niet naar de familie van het slachtoffer gegaan waren. Mijn moeder deelde dit met mij. Ze vertelde me ook dat ze de volgende twee dagen naar de Ghasr gevangenis gingen. Op de eerste dag werd hij gegeseld. Ik geloof dat hij veroordeeld was tot 160 zweepslagen. Er zijn twee soorten geseling in Iran. De ene is Ta’ziri [gebaseerd op het civiele recht], en de andere Hadd [gebaseerd op Shari’a]. Zweepslagen op basis van de sharia zijn wreder. Ik denk dat hij twee keer 80 zweepslagen heeft gekregen, tot een totaal van 160. Mijn moeder vertelde me dat ze hem zo hard hadden geslagen dat de persoon die zijn gebroken lichaam moest wassen in tranen uitbarstte. Dit is er gebeurd met mijn eerste vriend die werd geëxecuteerd. Misschien had hij het beter dan ik. Hij ging naar de gevangenis Ghasr en werd geëxecuteerd, en ik ging naar Shahr Rajaee …. Ik weet het niet.Moeders dood
  63. In de tweede helft van 2003 was mijn moeder niet meer in staat om me te bezoeken. Ze had borstkanker en lag in het ziekenhuis. Pas toen ze mij niet meer kon bezoeken, kwam ik erachter dat ze kanker had. Mijn zus kwam in haar plaats op bezoek. Ik verzocht om verlof [uit de gevangenis] om mijn moeder te bezoeken. Ik kreeg het niet. Mijn straf was teruggebracht van 8 jaar tot 4 jaar en zat er bijna op. Mijn moeder overleed precies 42 dagen voor mijn vrijlating, maar ik kreeg geen verlof voor haar begrafenis. Twee dagen na de na de 40e dag ceremonie voor haar overlijden kwam ik vrij.
    De prijs van niet zwijgen
  64. Ik heb de neiging om te lachen om alle problemen die ik in het leven tegenkom. Ik probeer een positieve kijk te hebben op alle ontberingen die ik in de afgelopen 11 jaar heb geleden. Ik heb het gevoel dat als ik niet had gedaan wat ik deed ik niet zou verschillen van hen die meewerken met dit regime of zwijgen over haar misdaden. Ik ben blij dat ik niet gezwegen heb zelfs als ik daar een prijs voor heb moeten betalen.