Vijf mensenrechtendeskundigen van de Verenigde Naties eisen de invrijheidstelling van Nasrin Sotoudeh en alle andere advocaten, die in Iran, alleen vanwege hun werk, gevangen zijn gezet. Er moet zekerheid komen dat advocaten hun werk kunnen doen zonder vervolging en intimidatie door de staat.
Vijf mensenrechtendeskundigen van de Verenigde Naties hebben op 14 maart de onmiddellijke invrijheidstelling van de Iraanse advocate Nasrin Sotoudeh geëist. In een gemeenschappelijke verklaring benadrukken zij dat de veroordeling van Nasrin Sotoudeh zeer verontrustend is, omdat deze klaarblijkelijk betrekking heeft op haar werk als mensenrechtenadvocaat, in het bijzonder als verdediger van vrouwenrecht-activisten, die vreedzaam protesteerden tegen de sluierdwang in Iran.
Bij de VN-deskundigen (in de fotoreeks v.l.n.r.) gaat het om:
• Javaid Rehman, Bijzonder berichtgever over de toestand van de mensenrechten in Iran
• Michel Forst, Bijzonder berichtgever over de situatie van verdedigers van mensenrechten
• Ivana Radacic, Voorzitter van de werkgroep voor discriminatie van vrouwen in het recht en in de praktijk
• Diego García-Sayán, Bijzonder berichtgever over de onafhankelijkheid van rechters en advocaten
• Seong-Phil Hong, Spreker van de werkgroep voor willekeurige arrestaties
Nasrin Sotoudeh (foto) werd begin maart door het bureau voor straf-voltrekking van de Evin gevangenis in Teheran in kennis gesteld van het feit dat zij kort daarvoor door een revolutionair gerechtshof tot 33 jaar gevangenisstraf en 148 zweepslagen was veroordeeld. Daarmee bedraagt haar totale detentie 38 jaar, omdat zij in september 2016 al wegens een andere aanklacht tot vijf jaar gevangenisstraf was veroordeeld.
De veroordelingen zijn gebaseerd op verschillende voorwendsels zoals: „het in gevaar brengen van de staatsveiligheid en propaganda tegen het regime“. Vanwege haar kritiek op de sluierdwang werd Nasrin Sotoudeh „Uitlokking tot verdorvenheid en prostitutie “ verweten en haar contacten met buitenlandse mensenrechtenverdedigers en diplomaten werd haar als „spionage“ ten laste gelegd.
De internationaal hoog aangeschreven advocaat, die met de Sacharow-mensenrechtenprijs van het EU-Parlement is bekroond, zit sinds juni 2018 in de Evin-gevangenis. Ze heeft in de afgelopen jaren talrijke politieke gevangenen en verdedigers van vrouwenrechten bijgestaan. Nasrin Sotoudeh zet zich ook in voor de afschaffing van de doodstraf en heeft minderjarigen gered van hun executie. Alleen om haar mensenrechtenwerk wordt zij door het regime in Teheran vervolgd.
De VN-deskundigen wijzen erop, dat de processen tegen Nasrin Sotoudeh niet in overeenstemming zijn met de internationale standaarden voor een eerlijke rechtsgang. De aanklachten zijn uit de lucht gegrepen en de beklaagde mocht zich niet laten bijstaan door een door haar gekozen advocaat.
Elke gevangenisstraf die werd geëist tegen de advocate, terwijl zij mensenrechtenverdedigers met hun recht op vrijheid van mening en vergadering verdedigde, zijn uit de lucht gegrepen en daarmee onrechtmatig. Zulke veroordelingen brengen de ernstige schendingen van de internationale verplichtingen door het Iraanse regime aan het licht.
De VN-deskundigen verklaren verder, dat het geval van Nasrin Sotoudeh exemplarisch is voor de toenemende vervolging van mensenrechtenadvocaten in Iran. Ze eisen de invrijheidstelling van alle advocaten, die alleen vanwege hun werkzaamheden willekeurig zijn gearresteerd. Er moet zekerheid komen dat advocaten, vrij van vervolging en intimidatie door de staat, hun werk kunnen doen.