Een overwinning voor gerechtigheid en mensenrechten

Onze Juridische campagne is na twee decennia van inspanningen gelukt. We feliciteren alle mensen die op zoek zijn naar gerechtigheid en dit project bij voorbaat hebben gesteund.

Het historische vonnis van deze rechtbank is zeker het begin voor het proces tegen alle daders van onderdrukking, massamoord en genocide door de religieuze dictatuur van Iran.


Thomas Sander, de rechter van de Zweedse rechtbank heeft gisteren, 14 juli, in een historisch vonnis de levenslange gevangenisstraf (de hoogste straf) aangekondigd voor Hamid Nouri, een van de daders van de massamoord van 1988 in Iran.

In 1988, na de uitvaardiging van Khomeini’s fatwa, werden meer dan 30 duizend politieke gevangenen in het geheim geëxecuteerd in de gevangenissen van de Islamitische Republiek en begraven in massagraven. Ebrahim Raisi was een van de betrokkenen bij deze executies in de vorm van een commissie die de situatie van gevangenen onderzocht, die bekend stond als het “Doodscomité”.

Het proces tegen Hamid Nouri was het eerste proces tegen een persoon die verdacht was van betrokkenheid bij massa-executies in 1988. Dit was ook de eerste keer dat een ambtenaar van de rechterlijke macht van de Islamitische Republiek in het buitenland werd berecht op beschuldiging van deelname aan executies..

Hamid Nouri, de voormalige assistent-aanklager van de Gohardasht-gevangenis* en beschuldigd van deelname aan de executie van politieke gevangenen in Iran in de zomer van 1988, werd geconfronteerd met twee beschuldigingen van “oorlogsmisdaad” en “opzettelijke moord” en de aanklager, Christina Lindhoff Carlson heeft in haar laatste aanklacht tegen hem levenslange gevangenisstraf geëist.

Tijdens het gerechtelijk onderzoek tegen Hamid Nouri, dat negen maande duurde en 92 zittingen in beslag nam, legden vele overlevenden, getuigen en familieleden van de slachtoffers van de massamoord in 1988 pijnlijke verklaringen af over de gruwelen die in de Iraanse gevangenissen werden begaan.

Kenneth Lewis, de advocaat van de gemartelde politieke gevangenen en de families van de massamoord van 1988, sprak honderden mensen toe die wachtten op de uitspraak van de rechter na de bekendmaking van de uitspraak van de rechtbank: “Dit is een heel mooi en geweldig moment. De rechtbank heeft Nouri een levenslange gevangenisstraf opgelegd.

Dit is een grote misdaad tegen de menselijkheid en opzettelijke moord op onschuldige gevangenen en mensenrechtenactivisten die allemaal in het geheim zijn geëxecuteerd door het Iraanse regime. Dit vonnis is erg belangrijk omdat het Iraanse regime, van Khomeini tot Raisi (de huidige benoemde president van het regime van de moellahs) allemaal een rol hebben gespeeld in deze massamoord. De rechtbank kwam precies tot deze conclusie, wat betekent dat het Iraanse regime schuldig is aan de massamoord die in 1988 plaatsvond.

Ik feliciteer jullie.

Om deel te nemen aan deze historische dag en te luisteren naar de woorden van de rechter namen meer dan 20 mensen familieleden van de slachtoffers van deze massamoord en veel functionarissen van de SMV deel aan deze bijeenkomst. We feliciteren nogmaals de families van de slachtoffers en het gevangengenomen volk van Iran met deze overwinning.

Javid Rahman: Top VN-rechtenexpert verwelkomt Zweedse uitspraak in massa-executiezaak

De speciale VN-rapporteur voor de mensenrechtensituatie in de Islamitische Republiek Iran, Javaid Rehman, verwelkomde de levenslange gevangenisstraf die was uitgesproken tegen Hamid Nouri en beschreef het vonnis als “een mijlpaal en een belangrijke sprong voorwaarts in het streven naar waarheid en gerechtigheid voor een duister hoofdstuk in de Iraanse geschiedenis”.

Hoge Commissaris voor de Mensenrechten Michelle Bachelet verheugde zich over het vonnis tegen Hamid Nouri

Michelle Bachelet, hoofd van het Hoge Commissariaat voor de Mensenrechten van de Verenigde Naties, verwelkomde het historische vonnis tegen de voormalige Iraanse functionaris door de Zweedse rechtbank wegens zijn rol in buitengerechtelijke executies van politieke tegenstanders in 1988. Landen zouden de universele jurisdictie moeten gebruiken om de controlelacune te dichten op het gebied van ernstige misdaden en zorgen voor waarheid en gerechtigheid.

Achtergrond

*De Gohardasht-gevangenis is slechts een van de honderd gevangenissen waar politieke gevangenen en mensenrechtenactivisten werden en worden gemarteld en in het geheim geëxecuteerd. En dit terwijl in de zomer van 1988 andere gevangenissen nog ergere omstandigheden hadden en nog hebben.
Nouri werd tijdens een reis naar Zweden gearresteerd en voor de rechter gebracht, gebaseerd op het Principe van Universele Rechtspraak. Hij kreeg te maken met tientallen aanklagers, die getuigenis aflegden voor de Zweedse rechtbank. Een deel van het proces werd gehouden in Durrës, Albanië, waar leden van het Iraanse verzet getuigenis aflegden over de misdaden van Nouri en andere gezagsdragers van het regime.

In het begin beweerde Nouri dat hij verkeerdelijk werd gehouden voor een andere persoon. Hij ontkende zijn betrokkenheid bij de massamoord in 1988 en hij ontkende zelfs dat die had plaats gevonden.

Meer dan dertig jaar werd deze zaak genegeerd . Nouri’s proces gaf getuigen en overlevenden een kans om de wereld te vertellen over de gruwelijkheden die in die jaren plaats vonden in de Iraanse gevangenissen. Getuigen spraken over de “dodenkamer” en over het “doodscomité”, waar gevangen ter dood werden veroordeeld, alleen maar omdat zij weigerden om hun steun aan het verzet in te trekken. Veel getuigen spraken over de “dodengang,” het donkere portaal waar gevangenen uren moesten wachten voor zij ter dood werden gebracht. De gevangenen vertelden verschrikkelijke verhalen over de “hal des doods,” waar tientallen gevangen werden opgehangen, terwijl anderen ernaar moesten kijken en hun beurt afwachtten.

De gevangenen werden in het geheim begraven in massagraven en hun families werden in het ongewisse gehouden.

Familieleden spraken over de marteling die zij moesten ondergaan omdat het regime hen de informatie onthield waar hun geliefden waren begraven en hen verboden om een begrafenisplechtigheid te houden.

Het vonnis van donderdag 14 juli is een overwinning voor miljoenen Iraniërs die in de laatste veertig jaar geleden hebben onder het wrede regime van de moellahs. Dit kan een begin zijn van veel andere processen, die in de toekomst zullen worden gevoerd