Navid Khanjani is lid van de Iraanse mensenrechtengroep „Comité van de mensenrechtenreporters“. Hij werd op 3 mei 2010 tegen betaling van een borgsom uit de Teheraanse Evin-Gevangenis vrijgelaten.
De mensenrechtenactivist, die tot de geloofsgemeenschap van de Baha’i behoort, was op 2 maart 2010 in zijn woning in de Centraal-Iraanse stad Isfahan gearresteerd. Daarbij werden persoonlijke papieren en zijn computer in beslag genomen. Sindsdien was hij in de beruchte afdeling van de Evin-Gevangenis opgesloten, die onder de Revolutionaire Garde ressorteert. Daar zat hij in een Isoleercel en werd aan verhoren in verband met zijn mensenrechtenwerk onderworpen.
Zijn familie kreeg geen bezoekvergunning en geen Informatie over de redenen van zijn arrestatie. Een verzoekschrift aan de Hoogste Justitiële Autoriteit, waarin de familie om de vrijlating van Navid Khanjani verzocht, werd met de motivatie afgewezen dat leden van het Baha’i-geloof geen recht op het indienen van verzoekschriften hadden. Mensenrechtenactivisten hebben zich met petities en oproepen voor de vrijlating van de activist ingezet.
Navid Khanjani, die vanwege zijn Baha’i-geloof niet mocht studeren, is mede-oprichter van de vereniging “Tegen Discriminatie in het Onderwijs”. De organisatie zet zich in voor het recht op onderwijs voor al diegenen, die in Iran op grond van hun etnische afkomst, hun religieuze identiteit of vanwege seksespecifieke discriminatie uitgesloten werden van studie of schoolbezoek. In de laatste jaren had Navid Khanjani er wezenlijk toe bijgedragen dat het thema discriminatie in de onderwijssector van Iran meer aandacht kreeg.
