Dr. Abdolreza Soudbakhsh, assistent professor aan de Universiteit van Teheran, die vorige week werd doodgeschoten, was verbonden aan het Kahrizak detentiecentrum. Hij had orders van de veiligheidstroepen om officieel te vertellen dat alle gevangenen die bij hem kwamen voor behandeling aan urineweginfecties en beschadigde voortplantingsorganen (als gevolg van verkrachting en seksueel misbruik in Kahrizak) meningitis hadden.
Het is wel verdacht dat deze universiteitsprofessor een dag vóór hij naar het buitenland zou gaan werd doodgeschoten.
Soudbakhsh is waarschijnlijk al de tweede arts die in het afgelopen jaar vermoord is om deze kwestie.
Ramin Pourandarjani, een andere arts die werkte voor de staatsveiligheidsdienst in het Kahrizak detentiecentrum, overleed op 16 november 2009 onder verdachte omstandigheden. Ambtenaren bestempelden zijn dood als zelfmoord …
Volgens de berichten had Soudbakhsh medische informatie van al degenen die de dood vonden in het Kahrizak detentiecentrum. Bovendien was hij specialist en controleerde en behandelde alle Kahrizak gevangenen. Hij bezat dus specifieke informatie over hen.
In het bericht stond ook dat Soudbakhsh, vanwege de opgevoerde druk van de veiligheidstroepen, de laatste tijd het gevoel had dat zijn leven gevaar liep.
Hij had een ticket om Iran op 22 september te verlaten en werd doodgeschoten buiten zijn kliniek in Keshavarz Blvd in Teheran, minder dan een dag voordat hij naar het buitenland zou gaan. (Website Jaras – 27 september 2010)
