10 september 2022 – Mensenrechtengroeperingen eisen de onmiddellijke vrijlating van Behnam Mousivand, zodat hij buiten de gevangenis de dringend noodzakelijke medische behandeling kan krijgen.
Mensenrechtengroeperingen maken zich zorgen over de politieke gevangene Behnam Mousivand (foto), die wordt vastgehouden in de Rajai Shahr-gevangenis in de stad Karaj (ten noordwesten van Teheran). De 35-jarige mensenrechtenverdediger zit sinds juni 2020 in hechtenis.
Als gevolg van de erbarmelijke omstandigheden in de gevangenis is de gezondheid van de gevangene ernstig verslechterd. Hij lijdt aan verschillende ziekten die in de gevangenis niet kunnen worden behandeld, waaronder een nieraandoening. Dringend noodzakelijke medische verzorging in een ziekenhuis buiten de gevangenis wordt door de rechterlijke macht van het regime niet toegestaan.
Behnam Mousivand werd in september 2019 door een rechtbank van het regime veroordeeld tot zes jaar gevangenisstraf wegens vermeende “staatsvijandige activiteiten” wegens deelname aan vreedzame burgerprotesten tegen de dictatuur tijdens de jaarwisseling van 2017/2018. De activist was al verscheidene malen eerder gearresteerd voor zijn mensenrechtenwerk. Hij heeft onder meer campagne gevoerd voor de rechten van het kind en meegewerkt aan humanitaire hulpprojecten in aardbevingsgebieden.
De ouders van Behnam Mousivand hebben een beroep gedaan op internationale mensenrechtenorganisaties om zich in te zetten voor de vrijlating van hun zoon. Om hen te intimideren zijn zij eveneens bedreigd met arrestatie.
Op 30 augustus werd Behnam Mousivand onder dwang en mishandeling overgebracht van de Evin-gevangenis in Teheran naar de Rajai Shahr-gevangenis in de stad Karaj, waar de gevangenisomstandigheden nog onmenselijker zijn. Sinds de gedwongen overbrenging verzet hij zich tegen zijn onwettige opsluiting en mishandeling met een hongerstaking.
Volgens zijn familie is zijn gezondheid nu kritiek. Hij heeft maagbloedingen, kan niet meer lopen en kan nauwelijks praten. Mensenrechtengroeperingen eisen de onmiddellijke vrijlating van Behnam Mousivand, zodat hij buiten de gevangenis de dringend noodzakelijke medische behandeling kan krijgen.
Reeds in juli 2021 riep Mary Lawlor (foto), de speciale VN-rapporteur over de situatie van mensenrechtenverdedigers, het regime in Teheran op om alle gevangenen die in Iran vanwege hun mensenrechtenwerk worden vastgehouden vrij te laten. Zij wees erop dat mensenrechtenverdedigers in Iran vaak tot lange gevangenisstraffen worden veroordeeld door de rechterlijke macht van het regime om hen het zwijgen op te leggen. Onder de getroffenen zijn activisten die zich inzetten voor de rechten van vrouwen, kinderen, vakbonden en minderheden.
Voorvechters van de mensenrechten, aldus Mary Lawlor, spelen een belangrijke rol bij de bescherming van de rechten van de gehele bevolking in elk land. In Iran worden zij echter vervolgd omdat zij de staatsveiligheid in gevaar zouden brengen. In detentie zijn hun veiligheid en gezondheid in gevaar. Gevangenen wordt systematisch adequate medische zorg ontzegd. Contact met de buitenwereld is vaak niet toegestaan en gevangenen worden overgebracht naar detentiecentra ver van hun huizen en families.
