Het onderhavige verslag wil een beeld tonen – al is het incompleet — van de voortdurende misdaden tegen de onderdrukte bevolking van Iran in de maand maart en vraagt om steun om hun rechten te herstellen.
Volgens openbare berichten heeft het Iraanse regime in de derde maand van 2011 29 mensen geëxecuteerd en 13 mensen in het geheim opgehangen in diverse gevangenissen in Iran. Onder deze gevangenen bevonden zich vijf politieke gevangenen. Het Iraanse regime executeerde hen wegens aanklachten van ‘spionage voor Israël’ en begroef hun verminkte lichamen op een verlaten woestijnlocatie in Qom. Volgens een vertrouwelijke brief geschreven door gerechtelijke ambtenaren werden deze executies in het geheim uitgevoerd omdat zich onder hen een christelijk-joods echtpaar en een Baha’i gedetineerde bevonden, en volgens deze brief werden zij geëxecuteerd tijdens de vrije nieuwjaarsdagen in de Evin Gevangenis om een ‘media-aanval’ te voorkomen
Deze maand werden tweeëndertig mensen eigenmachtig gedood door het Iraanse regime, van wie de laatste de politieke gevangene Mohsen Dokmeh Chi was.
Deze bekende koopman van de Teheran Bazaar, tevens de vader van een inwoner van Ashraf, leed maandenlang aan pancreaskanker in de Evin Gevangenis, maar de openbare aanklager van Teheran en het ministerie van Informatie verboden een behandeling met chemotherapie, ondanks het feit dat zijn artsen benadrukten dat het zijn enige kans was om te blijven leven. Gedurende zijn laatste levensdagen werd deze politieke gevangene gekweld en mishandeld in het ziekenhuis en waren er 24 uur per dag veiligheidsagenten aan zijn bed. Ondertussen was elk bezoek van zijn familie verboden en alleen zijn vrouw heeft hem 10 minuten mogen zien. Ook zij werd in die korte periode lastig gevallen door de veiligheidsagenten die hem voortdurend bewaakten.
In de afgelopen maand werd de 19 jaar oude BehnoudRamezani ernstig mishandeld en gedood door veiligheidsagenten op 15 maart. Volgens ooggetuigen waren de sporen van stokslagen duidelijk zichtbaar op zijn lichaam; zijn ribben waren gebroken en hij had ernstige verwondingen aan zijn hoofd. Ook zijn voet was gebroken en het gebroken bot stak door zijn huid heen.
Volgens openbare berichten werden in maart 13 personen ter dood veroordeeld. Onder deze terdoodveroordeelden bevindt zich een zestienjarige jongen uit de noordwestelijke provincie Gilan. Het Iraanse regime veroordeelt stelselmatig kinderen ter dood en heeft in de afgelopen jaren minderjarigen geëxecuteerd.
Het Iraanse regime heeft de toepassing van onmenselijke straffen op een ongekende manier versterkt. In de maand maart kregen twee personen in het openbaar zweepslagen in de steden Teheran en Lamard.
De bovenstaande feiten zijn slechts enkele voorbeelden van schendingen van de mensenrechten in de maand maart. In dit korte verslag kan echter slechts een klein percentage van de duizenden schendingen van de mensenrechten die in Iran dagelijks plaatsvinden worden vermeld.