Saeed Kamali Dehghan
Je zou niet verwachten dat voetbalsupporters met spreekkoren aandacht vragen voor het lot van een krimpend zoutmeer, maar Iraniërs doen er alles aan om een dreigende ecologische ramp af te wenden.
Het Orumieh-meer in het noordwesten van Iran, een van de grootste zoutmeren ter wereld en door de Unesco aangewezen als biosfeerreservaat, dreigt te verdwijnen door droogte en wanbeleid van de overheid en is inmiddels een bron van grote zorg voor milieuactivisten en gewone mensen in de Islamitische Republiek.
Duizenden Iraniërs uit Tabriz en Orumieh, twee steden in de Iraanse provincie Azerbeidzjan, zijn in de afgelopen paar weken de straat opgegaan om te protesteren tegen het ontbreken van beschermende maatregelen van de overheid tegen het opdrogen van het meer, dat in de voorbije jaren al bijna met de helft gekrompen is. Het Orumieh-meer ligt in het hart van deze provincie, waar de etnische minderheid der Azeri’s woont, die volgens activisten in de voorbije jaren zijn gemarginaliseerd.
Op zaterdag raakten ordetroepen op motors in Tabriz en Orumieh slaags met duizenden betogers die zich in verspreide groepen hadden verzameld om alarm te slaan over het verdwijnen van het meer. Volgens deskundigen zou het meer, dat van vitaal belang is voor landbouw en toerisme, in de komende paar jaar geheel kunnen opdrogen.
Op amateurvideo’s op YouTube en socialenetwerksites die naar verluidt zouden zijn gemaakt tijdens de gebeurtenissen op zaterdag, is te zien hoe de oproerpolitie met geweld ingrijpt tegen wat een vreedzaam protest lijkt.
Ordetroepen sloegen, aldus oppositiewebsites, met knuppels, gebruikten traangas en schoten met plastic kogels om betogers uiteen te drijven die ‘het Orumieh-meer heeft dorst’ riepen. Tientallen betogers, onder wie verscheidene milieuactivisten, zijn opgepakt. De commissie van mensenrechtenrapporteurs in Iran berichtte op maandag dat Farank Farid, een prominente vrouwenrechtenactivist, een van de betogers is die op dit moment worden vastgehouden.
Volgens een aan de Zuid-Azerbeidzjaanse studentenbeweging gelieerde website zijn betogers als gevolg van het geweld van de ordetroepen gewond geraakt. De vereniging ter verdediging van Azerbeidzjaanse politieke gevangenen in Iran meldde dat volgens ooggetuigen minstens één persoon is gedood.
‘Volgens de ooggetuigen werd in de Tarbiat-straat in de stad Tabriz een betoger gedood door de Iraanse oproerpolitie. Zijn lichaam werd door de ordetroepen meteen weggehaald,’ zei ADAPP. De vereniging meldde dat de betogers het volgende riepen: ‘Het Orumieh-meer is stervende! Iran wil het meer dood hebben! Lang leve Azerbeidzjaan!’
De betogers wijten het geleidelijk aan opdrogen van het zoutmeer aan het overheidsbeleid om rivieren in te dammen, maar functionarissen zeggen dat de ramp het gevolg is van droogte en de opwarming van de aarde.
Omdat het Iraniërs niet vrijstaat om straatprotesten te organiseren, grijpen ze elke gelegenheid aan om alarm te slaan over het lot van het meer. Voetbalsupporters hebben sinds april in stadions leuzen geschreeuwd in verband met het zoutmeer. Activisten willen op vrijdag een protestactie houden tijdens een voetbalwedstrijd in het Azadi-stadion in Teheran, dat plaats biedt aan 100.000 mensen.
Bij de recente onrust in de provincie Azerbeidzjan waren taferelen te aanschouwen die vergelijkbaar waren met wat er gebeurde tijdens de protesten na de verkiezingen in Iran in 2009. (The Guardian – 5 september 2011)