Dertien dagen na hun arrestatie in Shiraz worden vier baha’i’s nog steeds in afschuwelijke omstandigheden vastgehouden in een gevangenis.
Ondanks beloften van de directie van de Pirbanou-gevangenis in Shiraz dat de situatie van Vahdat Dana, Afshin Ehsanian, Farham Massoumi en Keivan Karami vergeleken bij hun eerste dagen in de gevangenis zou verbeteren, zijn de omstandigheden waaronder ze vastzitten verslechterd.
Volgens berichten zijn ze in deze gevangenis overgebracht naar celblok 1 en zitten ze met 30 andere gevangenen in een cel. Het is er erg koud en ze kunnen ’s nachts de vriestemperaturen nauwelijks verdragen.
De vier baha’i’s mogen niet naar buiten om de benen te strekken in het celblok, en omdat de ziekenafdeling van de gevangenis gesloten is, hebben gevangenisfunctionarissen hun niet de medicijnen gegeven die hun families voor hen hebben gebracht.
Vahdat Dana heeft hartproblemen, en daarom heeft met name hij het erg moeilijk. Verder is het de vier gevangenen verboden te bellen en mogen ze niet naar buiten om een luchtje te scheppen.
De eerste afdeling van de Revolutionaire Rechtbank van Shiraz heeft de vier baha’i-mannen op 1 maart 2010 veroordeeld tot een gevangenisstraf van 10 maanden wegens ‘opruiende activiteiten tegen de regering’. Hun vonnissen zijn in hoger beroep bevestigd.
(Committee of Human Rights Reporters – 14 december 2011)