20  februari 2014 – 52 doodgeschoten vluchtelingen zijn door het Iraakse leger op een geheime locatie begraven om het bewijs van hun eigen verantwoordelijkheid voor de massamoord in het vluchtelingenkamp Ashraf te vernietigen.

Op 1 september 2013 hebben Iraakse troepen een massamoord gepleegd op Iraanse asielzoekers in het vluchtelingenkamp Ashraf ten noorden van Bagdad. De soldaten hebben 52 ongewapende burgers, onder wie zes vrouwen, doodgeschoten. Veel van de Iraanse oppositieleden werden letterlijk geëxecuteerd door schoten door het hoofd, nadat ze eerst door soldaten geboeid waren. Het bloedbad is een ernstige misdaad tegen de menselijkheid.

Volgens veiligheidsdeskundigen zit het regime in Teheran, dat een vernietigingscampagne voert tegen de Iraanse oppositie, achter het bloedbad. De Iraanse Revolutionaire Garde heeft zich publiekelijk tevreden getoond over de aanval op de Iraanse ballingen. De gewapende doodseskaders, die op 1 september 2013 op aanwijzing van Teheran het bloedbad in Ashraf aanrichtten, zijn – zoals door overlevenden gemaakte authentieke foto’s en video’s aantonen – met de duidelijke intentie om te doden binnengedrongen in het vluchtelingenkamp waar nog zo’n 100 leden van de Iraanse oppositie woonden.

Een onderzoeksteam van de bijstandsmissie van de Verenigde Naties in Irak (UNAMI) telde op 2 september 2013 in Ashraf 52 lichamen, die alle schotwonden vertoonden. De VN bevestigde dat de meeste van de Iraanse ballingen gedood waren door schoten in het hoofd en dat meerdere geboeid waren.

De lichamen van de slachtoffers van het bloedbad werden, nadat ze waren gefotografeerd door VN- personeel, voor autopsie naar de nabijgelegen stad Baquba gebracht. Sindsdien hebben advocaten, mensenrechtenactivisten en gezinsleden van de doodgeschoten vluchtelingen herhaaldelijk gevraagd om een onafhankelijk internationaal onderzoek naar de aanval, hetgeen echter door de Iraakse autoriteiten niet wordt toegestaan.
Al bijna zes maanden probeert de familie van de slachtoffers tevergeefs de verantwoordelijken voor het bloedbad in Irak strafrechtelijke te laten vervolgen. Het Iraakse leger weigert ook de lichamen vrij te geven. De verslagen van de Iraakse lijkschouwing worden eveneens geheim gehouden.
Onlangs werd bekend dat de 52 doden door het Iraakse leger op een geheime plaats zijn begraven, een duidelijk geval van in de doofpot stoppen, waarmee de bewijzen worden vernietigd om vervolging van de verantwoordelijken voor het bloedbad te voorkomen. De Iraakse autoriteiten hebben de begrafenis bevestigd, maar houden nog steeds geheim wanneer en waar die plaatsvond.

Ashraf  – 01-09-2013 : De doodseskaders drongen zelfs de ziekenboeg binnen en schoten negen gewonde vluchtelingen dood die daar hun toevlucht gezocht hadden.
De heimelijke begrafenis, die een schending van het internationaal humanitair recht is, vond ook plaats zonder medeweten van de Verenigde Naties, die op 2 september 2013 verantwoordelijk waren voor het overbrengen van de doden uit Ashraf naar de gerechtelijke lijkschouwer en die een onafhankelijk onderzoek naar het bloedbad hebben beloofd.
Struan Stevenson, voorzitter van de Permanente Delegatie van het Europees Parlement voor de betrekkingen met Irak verklaarde :
“De bijstandsmissie van de Verenigde Naties voor Irak heeft ernaar gestreefd dat de 52 doden aan familieleden worden overgedragen, zodat ze waardig begraven kunnen worden. De VN wilden ook een onafhankelijke autopsie van de lijken. De Iraakse regering heeft dat allebei geweigerd, een duidelijke poging bewijs te vernietigen en hun eigen verantwoordelijkheid te verdoezelen. Deze onmenselijkheid moet internationaal worden veroordeeld.”
Mensenrechtenactivisten en parlementariërs hebben opnieuw geëist dat er een onafhankelijk internationaal onderzoek naar het bloedbad op de vluchtelingen wordt ingesteld en dat de verantwoordelijken volgens het internationaal strafrecht moeten worden vervolgd. Een Spaanse rechtbank heeft al vastgesteld dat Faleh al-Fayad, de veiligheidsadviseur van de president van Irak, “vermoedelijk misdaden tegen de internationale gemeenschap heeft begaan “. De veiligheidsadviseur wordt beschuldigd van betrokkenheid bij het bloedbad in Ashraf.