22 november 2014-Hopeloze situatie van de mensenrechten in Iran: “Alarmerende stijging van aantal executies, marteling en wrede, onmenselijke en vernederende straffen zoals geseling en amputaties, systematische vervolging van mensenrechtenverdedigers en journalisten, alomtegenwoordige genderongelijkheid en geweld tegen vrouwen, aanhoudende discriminatie van etnische en religieuze minderheden”.
De Derde Commissie van de Algemene Vergadering van de Verenigde Naties, die verantwoordelijk is voor de mensenrechten, heeft op 18 november in New York het regime in Teheran opnieuw veroordeeld wegens aanhoudende ernstige mensenrechtenschendingen. De resolutie werd door Canada ingediend en gesteund door 45 andere landen, waaronder Duitsland en Oostenrijk. Het was de 27ste resolutie van de Algemene Vergadering van de VN over de mensenrechten in Iran sinds 1985. De resolutie, die in de Derde Commissie met een duidelijke meerderheid werd aangenomen, zal in december definitief worden goedgekeurd in de Algemene Vergadering van de VN.
In de resolutie wordt de diepe bezorgdheid van de internationale gemeenschap over de schendingen van de mensenrechten in Iran tot uitdrukking gebracht. “Het alarmerende hoge aantal en de toename van het voltrekken van doodvonnissen zonder acht te slaan op internationaal erkende voorschriften, waaronder ook openbare executies” wordt erin benadrukt.
Aan het regime in Teheran wordt gevraagd om openbare en niet-openbare groepsexecuties te verbieden, en er wordt verwezen naar “berichten over executies, die zonder kennisgeving aan de familie van de gevangene of zonder juridische bijstand werden uitgevoerd.”
De resolutie roept het regime in Iran op om een einde te maken aan “martelingen en wrede, onmenselijke en vernederende straffen, waaronder geseling en amputaties”.
De vrijheid van meningsuiting en van vergadering moet verleend worden aan alle Iraniërs, ongeacht hun etnische of taalkundige achtergrond. “De aanhoudende discriminatie en schending van de mensenrechten van Arabieren, Azeri’s, Baluchi’s, Koerden en hun verdedigers” werd bekritiseerd.
Ook de “alomtegenwoordige genderongelijkheid en het geweld tegen vrouwen” worden bekritiseerd in de resolutie.
De goedkeuring van de resolutie in de Derde Commissie vond plaats na krachtig geformuleerde verslagen over de wijdverspreide en aanhoudende schendingen van de mensenrechten in Iran van de secretaris-generaal van de VN, Ban Ki-Moon, en de speciale rapporteur voor de mensenrechten in Iran, Ahmed Shaheed.
Het laatste rapport over de situatie van de mensenrechten in Iran (A/69/306), dat de secretaris-generaal van de VN, Ban Ki-moon, op 12 augustus bij de Algemene Vergadering van de Verenigde Naties heeft ingediend, wijst op een enorme toename van de mensenrechtenschendingen in het land. “De belofte van president Rohani om de rechten van burgers te respecteren, meer vrijheden toe te staan, en vrijheid van meningsuiting en het recht op vreedzame vergadering te verlenen, heeft tot nu toe niet geleid tot zichtbare verbeteringen”. “Journalisten worden tot zelfcensuur gedwongen; Mediaprofessionals en commentatoren worden door justitie vaak gearresteerd en veroordeeld tot gevangenisstraf, of worden het slachtoffer van aanslagen door veiligheidstroepen,” zei Ban verder.
Ook de speciale rapporteur van de VN, Ahmed Shaheed, diende in oktober zijn zevende verslag aan de Mensenrechtenraad van de VN over de situatie van de mensenrechten in Iran (A/69/356) in bij de 69ste Algemene Vergadering van de VN. Daarin worden interviews met 118 personen, die in de periode van 1 januari – 30 juni plaatsvonden buiten Iran, gedocumenteerd en geëvalueerd. Want vanaf 2005 wordt de speciale rapporteur van de VN nog steeds, ook na herhaalde verzoeken, de toegang tot Iran geweigerd en daarmee wordt hem de gelegenheid ontnomen om rechtstreeks te spreken met diverse instellingen en personen .
Evenals Shaheed verwijst Ban met grote bezorgdheid naar de toename van het aantal executies, die voornamelijk voltrokken worden voor strafbare feiten die niet als ernstige misdrijven worden aangemerkt. Voor zover Shaheed weet werden er in de periode van juli 2013 tot juni 2014 ten minste 852 mensen geëxecuteerd. Het werkelijke aantal ligt waarschijnlijk veel hoger. Het opsluiten van journalisten en bloggers en het blokkeren van meer dan vijf miljoen websites wordt ook gedocumenteerd. “De onderzoeken en interviews kenschetsen een diep verontrustend beeld,” aldus Shaheed.
Het aantal executies vertoont “een enorme stijging ten opzichte van het voorgaande jaar”, aldus Ban. Minstens 2.000 mensen, waaronder 160 minderjarigen, zitten momenteel onder onmenselijke omstandigheden in Iran in de dodencel. Gemiddeld worden er in Iran twee mensen per dag opgehangen. Dat gebeurt meestal na oneerlijke rechtszaken die slechts een paar minuten duren, aldus Allan Hogarth, directeur van het Departement voor Politiek en relaties tussen de overheid bij Amnesty International. Hij voegde eraan toe: “De misselijkmakende vertoning van openbare executies, waarbij vastgebonden en geblinddoekte mensen door bouwkranen omhoog gehesen worden, is in het Iran van Rohani een dagelijkse beeld.”
In zijn aanbevelingen roept Shaheed de Iraanse regering onder andere op om de discriminatie van vrouwen en etnische en religieuze minderheden af te schaffen. Hij bekritiseerde de willekeurige duur van gevangenisstraffen voor mensenrechtenverdedigers, die kunnen variëren van zes maanden tot 20 jaar, en de vervolging van andere religies, zoals christenen, Bahá’í of aanhangers van de Derwisj orde. Zo zijn er volgens het rapport sinds 2010 ongeveer 300 christenen willekeurig gearresteerd en gedetineerd, hoewel de Iraanse grondwet het christendom erkent en internationale verplichtingen is aangegaan.