Ali en Kiana, de acht jaar oude tweeling van activiste Narges Mohammadi, verlieten Iran op 17 juli, terwijl hun moeder achter tralies blijft. Ze zijn bij hun vader in Frankrijk gaan wonen.
Narges Mohammadi heeft een brief geschreven waarin zij de pesterijen beschrijft die zij in de gevangenis moet doorstaan. Daarin vergelijkt ze het grote verdriet om de scheiding van haar kinderen met dat van de moeder van Mozes die haar zoon aan de Nijl moest toevertrouwen.
Mohammadi schrijft: ‘In 2009 werd het Center of Human Rights Advocates gedwongen te sluiten. Het Ministerie van Informatie eiste specifiek dat ik me zou terugtrekken uit het Center en uit de National Council of Peace, en dreigde met “restricties” als ik niet aan die eis voldeed. Ook werd mijn 75-jarige vader door hen gedagvaard.’
Over haar tijd in de gevangenis en in eenzame opsluiting schrijft ze: ‘Al die tijd dat ik op afdeling 209 verbleef, mocht ik mijn kinderen niet bellen of zien. Omdat ik mijn dierbaren niet mocht zien, leek het alsof ik alles verloren had. Ik hield me steeds voor wat de ondervragers zeiden: “Je zult nog meer restricties opgelegd krijgen”. Maar wat ze vrouwen en vooral moeders aandeden in die cellen waren geen “restricties”, het waren misdaden.’ (Deutsche Welle website – 20 juli 2015)