07 Augustus 2015   De Iraanse mensenrechtenactiviste Narges Mohammadi is op 1 augustus naar het ziekenhuis vervoerd vanwege verlammingsverschijnselen, maar ontvangt daar niet de specialistische zorg die ze nodig heeft; zij werd op 5 mei gearresteerd wegens haar activiteiten voor de mensenrechten.

Ms. Mohammadi werd als ‘gewetensgevangene’ van Teherans Evin-gevangenis naar het Taleghani-ziekenhuis in die stad gebracht op 1 augustus, maar was die dag al acht uur lang gedeeltelijk verlamd.

Narges Mohammadi krijgt geen specialistische behandeling voor verlammingsverschijnselen

Artsen in het ziekenhuis adviseerden haar te laten onderzoeken door een specialist om te kunnen worden behandeld; maar ondanks die medische aanbeveling werd ze de volgende dag teruggebracht naar de Evin-gevangenis, zonder specialistische zorg te hebben ontvangen, berichtte de mensenrechtengroep op woensdag.

De echtgenoot van Narges Mohammadi, Taghi Rahmani, een vluchteling in Parijs in Frankrijk, meldt dat Narges Mohammadi ook op 27 juli naar het ziekenhuis is gebracht na klachten over pijn in de longen. Hij vertelde dat de adviseerde om Narges Mohammadi op te nemen voor de behandeling van een mogelijke longembolie (een bloedprop in de longen), maar ook die keer is zij zonder deugdelijke zorg te hebben gekregen teruggebracht naar de Evin-gevangenis. De volgende dag weigerden de gevangenenbewaarders haar weg te brengen naar een neuroloog, met wie zij een afspraak had vanwege verlammingsverschijnselen in haar verleden. Naast het feit dat zij geen medische zorg ontvangt, krijgt Narges Mohammadi geen toestemming voor telefonisch contact met haar kinderen – een tweeling van acht – die onlangs naar het buitenland zijn verhuisd om bij hun vader te gaan wonen omdat er in Iran niemand voor ze kon zorgen,’ bericht de mensenrechtengroep.

Zij voegden eraan toe dat Narges Mohammadi thuis werd gearresteerd op de ochtend van 5 mei 2015 en naar de Evin-gevangenis werd gebracht. Twee dagen eerder was zij verschenen bij de eerste zitting van haar rechtszaak bij Afdeling 15 van de Revolutionaire Rechtbank in Teheran op aanklachten met betrekking tot nationale veiligheid, waaronder het verspreiden van propaganda tegen het systeem en ‘vereniging en samenzwering tegen de nationale veiligheid.’

Voorafgaand aan haar arrestatie vertelde Narges Mohammadi dat de aanklacht uitsluitend berustte op haar vreedzame mensenrechtenactivisme.