9 oktober 2015 – Het regime in Teheran is wereldrecordhouder als het gaat om het aantal executies. In verhouding tot het bevolkingsaantal is er geen enkel land met meer executies dan Iran. De doodstraf is een wrede en onmenselijke straf, die het fundamentele recht op leven en waardigheid schendt.  9 oktober 2015 – Het regime in Teheran is wereldrecordhouder als het gaat om het aantal executies. In verhouding tot het bevolkingsaantal is er geen enkel land met meer executies dan Iran. De doodstraf is een wrede en onmenselijke straf, die het fundamentele recht op leven en waardigheid schendt.

Naar aanleiding van de Werelddag tegen de doodstraf, die ieder jaar op 10 oktober wordt gehouden, wijzen mensenrechtenactivisten erop dat het islamitische regime in Iran meedogenloos blijft ingaan tegen de wereldwijde trend naar het afschaffen van de doodstraf. De Europese Unie en de Raad van Europa, die herhaaldelijk hun afwijzing van de doodstraf in alle gevallen en onder alle omstandigheden hebben bevestigd, hebben een krachtige oproep gedaan voor  effectieve inzet voor het afschaffen van de doodstraf en een executiestop in Iran.

De secretaris-generaal van de VN, Ban Ki-moon, sprak in zijn eind september ingediende jaarverslag over de situatie van de mensenrechten in Iran zijn diepe bezorgdheid uit over het stijgende aantal executies in Iran en herhaalde zijn oproep aan het regime in Teheran om een ​​moratorium op de doodstraf in te voeren en de executie van jeugdige delinquenten onder alle omstandigheden te verbieden.

Amnesty International heeft eind juli al gewezen op de duizelingwekkende stijging van het aantal executies in Iran. Tussen 1 januari en 15 juli 2015 zijn in Iran bijna 700 mensen geëxecuteerd. Dat houdt een ongekende stijging in van het aantal executies in het land en komt overeen met meer dan drie executies per dag. “Het schokkende aantal executies in de eerste helft van het jaar schetst een somber beeld van een staatsapparaat dat opzettelijk op grote schaal juridisch gesanctioneerde moorden pleegt”, aldus Said Boumedouha, adjunct-directeur voor het Midden-Oosten en Noord-Afrika bij Amnesty International. “De Iraanse autoriteiten moesten zich schamen voor het executeren van honderden mensen terwijl de minimale normen voor een eerlijk proces volledig geminacht zijn”.

Ook de Hoge Commissaris voor de Mensenrechten van de VN, Zeid Ra’ad Al Hussein, toonde zich in augustus gealarmeerd over de toepassing van de doodstraf door het regime in Teheran. Sommige executies betroffen personen die nog geen 18 jaar waren toen ze hun misdrijf begingen, en in andere gevallen werd de doodstraf uitgesproken en voltrokken op algemene, vaag gedefinieerde beschuldigingen. Over het doodvonnis dat de Iraanse rechterlijke macht  uitsprak tegen politieke gevangene Mohammad Ali Taheri verklaarde de VN-commissaris voor de Mensenrechten: “Het feit dat een persoon ter dood wordt veroordeeld wegens het vreedzame uitoefenen van zijn recht op vrijheid van meningsuiting en vrijheid van godsdienst is een absoluut schandaal – en een duidelijke schending van het internationaal humanitair recht”.

Sinds het aantreden van de president van het regime Rohani in de zomer van 2013 zijn er in Iran volgens Iraanse staatsmedia en mensenrechtenactivisten ongeveer 2000 mensen geëxecuteerd. Er werden meer doodvonnissen voltrokken dan ooit daarvoor in de recente geschiedenis van het land. In verhouding tot het bevolkingsaantal is er geen enkel land met meer executies dan Iran.

Sinds januari 2015 zijn er honderden mensen geëxecuteerd na oneerlijke processen en voor overtredingen waarop volgens de internationale normen de doodstraf niet van toepassing is. In Iran wordt de doodstraf eigenmachtig opgelegd door een rechterlijke macht, die noch onafhankelijk, noch onpartijdig handelt. De doodstraf wordt uitgesproken, hetzij op basis van vage beschuldigingen of wegens daden die geen strafbaar feit vormen en waarop onder geen beding de doodstraf staat. Gevangenen wordt vaak tijdens het onderzoek de toegang tot een raadsman geweigerd. Duizenden gevangenen in Iran, met inbegrip van politieke gevangenen en etnische minderheden, lopen het risico geëxecuteerd te worden.

Volgens het jaarverslag van de secretaris-generaal van de VN zijn sinds begin 2014 ten minste 14 jonge mannen geëxecuteerd die op het ogenblik van hun vermeende misdrijf minderjarig waren. Dat is een duidelijke schending van het VN-verdrag inzake de rechten van het kind en het Internationaal Verdrag inzake burgerrechten en politieke rechten tegen, die beide de executie verbieden van personen die ten tijde van het gepleegde misdrijf minderjarig waren.

Iran blijft een executieland. Onder het mom van de strijd tegen drugsdelicten gebruikt het regime in Teheran doodvonnissen en executies als een instrument om de bevolking door het creëren van een klimaat van terreur te intimideren en protesten in de kiem te smoren. De executiepraktijken in Iran zijn volgens verklaringen van VN-deskundigen te vergelijken met willekeurige moorden. De doodstraf is een wrede, onmenselijke en niet onomkeerbare straf, die het fundamentele recht op leven en waardigheid schendt.