8 oktober 2015- Ryszard Czarnecki, vicevoorzitter van het Europees Parlement: “Als gekozen wetgevers moeten we onze Europese waarden verdedigen, en wij moeten erop aandringen dat elke uitbreiding van de betrekkingen met Iran als voorwaarde moet hebben dat de executies worden beëindigd en dat er duidelijke vooruitgang zit bij de mensenrechten en de situatie van vrouwen.”
Ryszard Czarnecki (foto), vicevoorzitter van het Europees Parlement heeft de aandacht gevestigd op de desastreuze situatie van de mensenrechten in Iran en de EU verweten de mensenrechtenschendingen door het regime in Teheran te negeren. In een bijdrage aan de online krant Huffington Post schreef hij op 1 oktober onder andere:
Er is veel gezegd over de nucleaire overeenkomst, die van de zomer door de EU3 + 3 en Iran werd ondertekend. Maar de problemen met Iran zijn verre van voorbij. Het gedrag van Iran op het gebied van de mensenrechten is bijzonder zorgwekkend.
Volgens oppositiegroeperingen zijn er in de afgelopen twee jaar in Iran onder president Rohani rond de 2000 executies voltrokken. Sommige slachtoffers had het “geluk” niet te worden opgehangen aan gigantische hijskranen (die overigens gemaakt zijn door Europese landen die handel drijven met Iran), die niet voor de bouw bedoeld zijn, maar voor het vernietigen van levens, maar in plaats daarvan geamputeerd of blind gemaakt.
Een paar weken geleden heeft de Hoge Commissaris voor de Mensenrechten van de Verenigde Naties, Zeid Ra’ad Al Hussein, het volgende verklaard: “Ik roep Iran dringend op om vooruitgang te boeken in de mensenrechtensituatie. Het toenemende gebruik van de doodstraf, de zorg over het recht op een eerlijk proces en het aanhoudend opsluiten van journalisten, bloggers en mensenrechtenactivisten blijven een wezenlijke bron van bezorgdheid.”
Terwijl de VN heeft erkend hoe slecht de situatie van de mensenrechten in Iran in feite is, heeft de EU besloten om dit probleem volledig te negeren in de onderhandelingen met Teheran.
Het Iraanse probleem gaat veel verder dan de martelingen in dat land, de onrechtmatige detentie of het doden van onschuldige Iraniërs; Het strekt zich uit over de gehele regio en zelfs over de hele wereld. Ondanks de sancties die de Iraanse economie als geheel beïnvloeden, heeft het regime de begroting verdubbeld voor de Revolutionaire Garde, wiens belangrijkste taak het uitvoeren van terreuraanslagen is. Dat is precies wat ze gedaan hebben, rechtstreeks of via milities in Irak, Syrië, Libanon en Jemen. Uw steun aan de Syrische dictator Bashar al-Assad en aan Nouri Al-Maliki in Irak, die de afgelopen jaren beide soennieten systematisch vermoord en vervolgd hebben, heeft de weg vrijgemaakt voor extremistische groeperingen zoals ISIS, die kunnen groeien en miljoenen mensen op de vlucht gejaagd hebben die nu bescherming zoeken in Europa. Alle tekenen wijzen erop dat na de nucleaire overeenkomst en de bijbehorende economische voordelen voor Iran, dit beleid niet zal stoppen, of zelfs maar zal worden afgeremd. (…)
Het Iraanse regime heeft zeer duidelijk gemaakt welk beleid het nastreeft, en dat staat al vast sinds 1979. Het is een politiek van repressie in eigen land, van regionale terreur, van wereldwijde terreur, en het is een van de meest extreme vormen van islamitisch radicalisme. De Europese Unie daarentegen was niet helder in hun politiek. Ze zegt dat ze democratie, mensenrechten en vrijheid ondersteunt, maar onderhandelt op hetzelfde moment met een van de ergste overtreders in deze categorieën, terwijl deze wandaden genegeerd worden.
Op 9 september heeft het hoofd buitenlands beleid van de EU, Federica Mogherini, de bijeenkomst van het Europees Parlement in Straatsburg bijgewoond om uitsluitend te praten over de nucleaire overeenkomst. Een tiental Europarlementariërs hebben haar bekritiseerd omdat zij tijdens de gezamenlijke persconferentie met de Iraanse minister van buitenlandse zaken in Teheran met geen woord heeft gesproken over de schendingen van de mensenrechten, de onderdrukking van vrouwen en de openbare executies.
In Europa zijn we er allemaal trots op dat we de doodstraf lang geleden hebben afgeschaft. Maar de Hoge Vertegenwoordiger van de EU heeft er blijkbaar geen probleem mee om te beraadslagen met de ergste beulenstaat ter wereld, zelfs zonder deze onmenselijke straffen te vermelden. Als gekozen wetgevers moeten we onze Europese waarden verdedigen, en wij moeten erop aandringen dat elke uitbreiding van de betrekkingen met Iran als voorwaarde moet hebben dat de executies worden beëindigd en dat er duidelijke vooruitgang zit bij de mensenrechten en de situatie van vrouwen.