3 december 2017-De internationale protestacties voor de vrijlating van Ahmadreza Djalali, een in Iran ter dood veroordeelde arts, nemen toe. De EU heeft bij Teheran een protest ingediend en wetenschappers over de hele wereld voeren campagne voor hun ten onrechte vastgehouden collega.

Volgens mediaberichten heeft de Europese Unie gereageerd op de zaak van de in Iran ter dood veroordeelde internationaal gerenommeerde arts Ahmadreza Djalali (foto). Volgens informatie van het dagblad Heilbronner Stimme hebben de EU-lidstaten eind oktober een gezamenlijke protestnota aan Teheran tegen de veroordeling openbaar gemaakt. Het ministerie van Buitenlandse Zaken in Berlijn werkt in dit geval nauw samen met de EU-partners.

De Heilbronner Stimme bericht hierover:

De Iraanse arts Djalali, die eigenlijk in Zweden woont, werd tijdens een bezoek aan zijn vaderland gearresteerd. Op 25 april 2016 reisde de professor naar een congres in zijn geboorteland Iran. De rampenarts was met de auto onderweg van Teheran naar Karadsch toen veiligheidstroepen plotseling de auto stopten en hem arresteerden.

Djalali werd uiteindelijk gevangengezet in de Evin gevangenis in Teheran. Dit detentiecentrum staat bij mensenrechtenorganisaties bekend vanwege marteling en inhumane omstandigheden. De aanklacht: hij bespioneerde voor een buitenlandse mogendheid. Uiteindelijk werd hij beschuldigd van “vijandschap tegen God” en op 21 oktober 2017 ter dood veroordeeld. Daarvoor zat Djalali enkele maanden in eenzame opsluiting, hij ging in hongerstaking en zijn gezondheid ging snel achteruit.

Wetenschappers vragen Bondskanselier om hulp

De internationale protesten tegen de doodstraf nemen toe. 75 Nobelprijswinnaars, waaronder de schrijvers Herta Müller en Elfriede Jelinek en de chemici Gerhard Ertl en Joachim Frank, hebben in een gezamenlijke verklaring aan de ambassadeur van Iran bij de VN de vrijlating Djalali geëist.

Een andere brief, geschreven door het Comité van Concerned Scientists, ging met een verzoek om steun naar bondskanselier Angela Merkel, de Britse premier en de presidenten van Frankrijk, Italië en de Europese Commissie. Het departement van de bondskanselier bevestigde ontvangst van de brief aan deze krant.

In de brief aan de bondskanselier vragen de wetenschappers van het Comité van Concerned Scientists aan Angela Merkel om zich in te zetten voor Djalali: “Doe er alstublieft alles aan wat mogelijk is om een ​​dergelijk groot onrecht, dat het leven van een gerespecteerd wetenschapper en arts bedreigt, te voorkomen.”

Vanuit het ministerie van Buitenlandse Zaken kreeg men te horen dat de ontwikkelingen in de zaak van Ahmadreza Djalali “zeer nauwlettend en met grote bezorgdheid gevolgd worden.” De federale overheid verwerpt de doodstraf. Men vervolgde: “Deze duidelijke stellingname is wereldwijd en ook in Iran bekend. Wij spreken Iran op alle niveaus geregeld aan over de mensenrechtensituatie, met inbegrip van individuele gevallen.”

Brussel: protestactie voor de vrijlating van de in Teheran gevangen arts Ahmadreza Djalali

Bijna 270.000 mensen ondertekenden de petitie

Djalali heeft lesgegeven aan het Crimedim Research Institute for Emergency Medicine in Novara, Italië. Een petitie aan de Iraanse president Hassan Rohani op internet werd door bijna 270.000 mensen ondertekend.

De wetenschappers die voor hem werken kunnen de beschuldiging, dat de 46-jarige spioneerde voor de aartsvijand van Iran, Israël, niet begrijpen. Hoewel de rampenspecialist artsen uit Israël ontmoette tijdens zijn wereldwijde reizen, wisselde hij alleen technische kennis uit. Van spionage kan geen sprake zijn. (…)

Marteling en andere vormen van mishandeling zijn aan de orde van de dag

De behandeling van Djalali staat niet op zichzelf. Over het jaar 2015 verklaarde Amnesty International het volgende over Iran: “De vrijheid van meningsuiting, vereniging en vergadering bleef ernstig beperkt. Journalisten, mensenrechtenactivisten, vakbondsleden en critici werden gearresteerd en vastgehouden op vaag geformuleerde en overdreven uitgebreide beschuldigingen.”

Marteling en andere mishandelingen zijn bijgevolg aan de orde van de dag en blijven onbestraft. Gerechtelijke procedures waren oneerlijk en eindigden in sommige gevallen met doodvonnissen. (…)