3 januari 2018-Journalisten zonder grenzen (Reporters Without Borders (RSF)) veroordeelt het Iraanse regiem om de arrestatie in de laatste paar dagen van zeker tien stads-journalisten en om de beperkingen die het heeft opgelegd aan de toegang tot sociale netwerken met de bedoeling om informatie, over de golf van protesten in het gehele land, te censureren.
Volgens verschillende bronnen binnen Iran
zijn zo’n 60 steden, over heel Iran verspreid, nu betrokken bij anti-regeringsprotesten, waarbij ongeveer 1000 mensen zijn aangehouden, sinds de protesten zo’n 6 dagen geleden begonnen.
Hoewel president Hassan Rouhani tijdens zijn verkiezingscampagne beloofde dat er meer vrijheid zou komen, hebben de autoriteiten gerichte razzia’s en arrestaties uitgevoerd om netwerken van dissidenten te identificeren en journalisten te intimideren.
Vier stads-journalisten die werken voor de website Majzooban Nor – Mohammad Sharifi Moghadam, Mohammad Reza Sharifi, Faezeh Abdipour en Kasra Nouri – werden het slachtoffer van hardhandige arrestaties door veiligheidsagenten op 31 december, zij werden naar de Evin gevangenis van Teheran gebracht. Nouri zat voordien drie jaar gevangen, van 2012 tot 2015.
Al met al werden zo’n tien stads-journalisten gearresteerd volgens informatie verkregen via RSF. Een aantal van deze arrestaties werd gefilmd door personen, die daarna zelf werden aangehouden, zoals kan worden bekeken op een video die door de mensenrechten activist Masih Alinejad’s op zijn Facebook pagina is gezet.
Om dit soort video publicatie via sociale netwerken tegen te gaan, werd in de nacht van 31 december de internet toegang geheel of gedeeltelijk geblokkeerd. De autoriteiten blokkeerden ook de toegang tot Instagram en de directe berichten app Telegram. De minister van telecommunicatie, Mohammad-Javad Azari Jahormi, beschuldigde Telegram, dat 40 miljoen gebruikers in Iran telt, van het aanmoedigen van “gewapende opstand”.
De oprichter van Telegram, Pavel Durov, wees er 30 december via Twitter op dat Telegram zelf één van zijn kanalen, Amadnews, waarop te zien was hoe Molotov cocktails konden worden gebruikt tegen de politie, had gesloten. Volgens Durov begonnen de Iraanse autoriteiten de volgende dag, niettegenstaande deze maatregel ,met het totaal blokkeren van de app, omdat Telegram geweigerd had alle kanalen van de oppositie te sluiten, inclusief die waarop werd opgeroepen tot vreedzame demonstraties.
Gisteren merkte Durov via Twitter op dat WhatsApp toegankelijk was gebleven, terwijl Telegram en Signal nog steeds geblokkeerd zijn door de Iraanse autoriteiten. Facebook en Twitter zijn in Iran ontoegankelijk sinds 2009.
RSF veroordeelt deze laatste inbreuk op de vrijheid van meningsuiting in Iran en roept Asma Jahangir, de speciale rapporteur van de VN over mensenrechten in Iran, en David Kaye, de speciale rapporteur van de VN voor de bevordering en bescherming van het recht op vrije meningsuiting, op om snel te interveniëren en de fundamentele rechten van Iraniërs te beschermen.
De Iraanse overheid moet zich houden aan de beloften die zij heeft gedaan om internationale standaarden te eerbiedigen, waaronder die aan de Internationale Telecommunicatie Unie (ITU), het agentschap van de VN dat verantwoordelijk is voor informatie- en communicatietechnologie.
De Islamitische Republiek van Iran staat al 15 jaar op de RSF- lijst van ‘Vijanden van het Internet’. Het regiem vreest de verspreiding van vrij en onafhankelijk nieuws en informatie, dat wordt gekwalificeerd als een opzettelijke “ondermijningsactiviteit”.
Omdat de traditionele media worden gecensureerd en gecontroleerd spelen de stads-journalisten, die actief zijn op sociale media, de belangrijkste rol bij politieke veranderingen in Iran. Maar dwars liggen op het streven van de overheid om nieuws en informatie te “verduisteren” is niet zonder risico. RSF weet dat tenminste 94 internetgebruikers in 2017 zijn aangehouden, waaronder gebruikers van Telegram. Ongeveer 20 van hen zijn nu opgesloten.
Tegelijkertijd is het regiem niet afgestapt van het idee van een “Hallal Internet” – een nationaal, online informatie netwerk -, en gebruikt de overheid al “Intelligente filtering” om toegang tot het internet te controleren of te beperken, met name voor sociale netwerken.
De autoriteiten overtraden kort geleden de net net-neutraliteit door de introductie van een verschil in belasting voor een verbinding met het nationale en internationale internet. Toegang tot het internationale internet kost nu meer dan toegang tot het gecensureerde en gecontroleerde nationale (” Halal”) internet.
Iran staat in RSF’s 2017 World Press Freedom Index op de 165-ste plaats van 180 landen.