18 mei 2018-Raheleh Rahemipour eist opheldering over wat er gebeurde met haar broer en haar kleine nichtje, die in de vroege jaren tachtig in een Iraanse gevangenis werden vastgehouden en vervolgens door het regime dood verklaard. De mensenrechtenactivist wordt al jaren vervolgd.
Rahemipour-400
De 65-jarige mensenrechtenverdediger Raheleh Rahemipour (foto rechts) werd op 5 mei opnieuw aangeklaagd door een revolutionair gerechtshof in Teheran wegens vermeende ‘propaganda tegen de staat’. Ze is jarenlang vervolgd vanwege haar mensenrechtenwerk.
Raheleh Rahemipour probeert de waarheid te achterhalen over wat er gebeurde met haar broer en haar kleine nichtje, die begin jaren tachtig gevangen werden gezet in een Iraanse gevangenis en vervolgens door het regime dood verklaard. Ze behoren tot de duizenden mensen die ‘spoorloos’ verdwenen in de gevangenissen van het Teheran-regime in de jaren tachtig. De familieleden werden alleen op de hoogte gebracht van de dood van de gevangenen, maar kregen niets te horen over de omstandigheden van hun overlijden of over hun begrafenis.
De belangrijkste reden voor de nieuwe rechtszaak over rechtspraak is dat Raheleh Rahemipour de zaak van haar vermiste familieleden in maart 2016 doorstuurde naar de VN-werkgroep, die klachten over gevallen van vermiste personen onderzoekt. De mensenrechtenverdediger weigert zich te houden aan het verzoek van de Iraanse inlichtingendienst om haar klacht bij de VN in te trekken. Familieleden die informatie zochten over massale executies van politieke gevangenen in de jaren tachtig worden vervolgd en bestraft door het regime van Teheran.
Raheleh Rahemipour’s broer Hossein was in augustus 1983 samen met zijn zwangere vrouw gearresteerd vanwege zijn band met een politieke oppositiegroep. Raheleh Rahemipour’s nicht Golrou werd geboren in april 1984 in de Evin gevangenis van Teheran, maar werd vervolgens na 15 dagen van haar moeder weggehaald, naar verluidt vanwege medische tests. Het gezin kreeg later te horen dat ze was gestorven, maar de autoriteiten van de staat hebben nooit een overlijdensakte of informatie over de omstandigheden van haar dood of begrafenis verstrekt.
Ongeveer een jaar na de arrestatie van de broer van Raheleh Rahemipour ontving zijn familie een telefoontje van de Evin gevangenis met het verzoek om hun persoonlijke spullen op te halen; ze wisten dat hij geëxecuteerd was. Zijn lichaam werd nooit aan zijn familie overgedragen en er werd nooit een overlijdensakte uitgereikt.