Met de voortdurende jacht op de religieuze minderheid van de Bahai heeft het regime in Teheran lak aan internationale mensenrechtenconventies. Vrijheid van godsdienst is een grondrecht, waarop ieder mens aanspraak kan maken.
De religieuze gemeenschap van de Bahai is in Iran, in toenemende mate, het slachtoffer van haat, discriminatie en vervolging. Mensenrechtengroeperingen berichten over nieuwe arrestaties en bestraffingen van deze religieuze minderheid in de stad Shiraz in het Zuiden van Iran.
Tot de gearresteerde Bahai-gemeenteleden in Shiraz behoren Navid Bazmandegan en zijn vrouw Bahareh Ghaderi. Ze werden allebei opgesloten, hoewel zij een driejarige dochter, Darya, hebben die aan kanker lijdt en waarvoor zij moeten zorgen.
Op 15 en 16 september werden de docent psychologie Navid Bazmandegan en zijn vrouw Bahareh Ghaderi en nog vier andere leden van de Bahai-gemeenschap van Shiraz, Elaheh Samizadeh, Soudabeh Haghighat, Nora Pourmoradian en Ehsan Mahboub, door gardisten van de geheime dienst van het regime, alleen vanwege hun geloof, gearresteerd.
De gardisten drongen de collegezaal van Navid Bazmandegan binnen, controleerden alle studenten, namen identiteitspapieren, computers en mobiele telefoons in beslag. Daarna brachten zij de docent naar zijn huis en namen allerlei persoonlijke bezittingen mee. Navid Bazmandegan en zijn vrouw werden gearresteerd en naar een onbekende plaats overgebracht. Het echtpaar heeft een driejarige, aan kanker lijdende dochter, die nu de zorg van haar ouders mist.
Begin september 2018 werden in Shiraz vijf leden van de Bahai (foto), alleen vanwege hun geloof, veroordeeld tot telkens een jaar gevangenschap en een jaar verbanning naar een verbanningsoord binnen Iran. De beklaagden Farhad Sarafzar, Shahram Mansour, Vahid Dana, Saeed Abedi en Adib Haghpazhouh werden in de zomer van 2015 gearresteerd en vanwege vermeende „Propaganda tegen de Staat“ aangeklaagd. Daarna werden zij na het betalen van een borgsom voorlopig op vrije voeten gesteld. Volgens berichten heeft het gerechtshof de beklaagden en hun advocaten niet over de rechtszitting geïnformeerd en het vonnis bij afwezigheid uitgesproken.
Midden augustus werden al 24 leden van de Bahai-gemeenschap de in Shiraz, waaronder veel jongeren, tijdens een religieus feest gearresteerd.
Met de voortdurende jacht op de religieuze minderheid van de Baha’i houdt het regime in Teheran geen enkele rekening met internationale mensenrechtenconventies. De Bahai vertegenwoordigen de grootste, niet-moslim-gemeenschap in Iran. De Algemene Verklaring van de Rechten van de Mens houdt in dat elk mens recht heeft op Vrijheid van Meningsuiting, Woord en Geloof. In Iran echter worden religieuze minderheden aan de zwaarste schendingen van hun mensenrechten blootgesteld.
Het Islamitische regime heeft zich ten doel gesteld om alle stromingen, die hun machtspositie ter discussie stellen, te onderdrukken. Leden van de Bahai-gemeenschap worden telkens weer met clichématige beschuldigingen als „Propaganda tegen de staat“ of „het in gevaar brengen van de staatsveiligheid “ gearresteerd, aangeklaagd en tot lange celstraffen veroordeeld.
Examinandi van middelbare scholen van het Bahai-geloof worden niet toegelaten tot de universiteit en zou hen die toelating toch gelukken, alsnog verwijderd als zij zich niet tot de Islam bekeren. Volgens de vertegenwoordigster van de Internationale Bahai-gemeenschap bij de Verenigde Naties in Genève werden alleen al in de laatste zes maanden 50 jonge Bahai, vanwege hun geloof, van hun studie uitgesloten