De gedetineerde activist, Mohammad Habibi, die opkomt voor de rechten van leraren, verkeert in een slechte gezondheidstoestand en hem wordt urgente gespecialiseerde behandeling onthouden.

Hij heeft een gezwel in het bot in zijn linker onderarm, het gezwel is gegroeid tijdens zijn verblijf in de gevangenis zonder dat er behandeling plaats vindt.

Deze verdediger van Mensenrechten, die op het ogenblik zit opgesloten in de Evin gevangenis in Teheran, is in november 2018 voor een korte periode naar een ziekenhuis in Teheran overgebracht, waar een aantal tests op hem werden uitgevoerd en er een diagnostische operatie plaats vond. Maar hij werd teruggestuurd naar de gevangenis zonder dat er een gespecialiseerde behandeling plaats vond, omdat de autoriteiten niet bereid waren de kosten ervoor te betalen.

Hoewel de familie van Mohammad Habibi in maart had toegestemd om de kosten van een behandeling te betalen, hebben de autoriteiten geweigerd in te gaan op herhaalde verzoeken om hem over te brengen naar een ziekenhuis om hem nogmaals te diagnosticeren, om vast te stellen om wat voor soort gezwel het gaat. Er wordt gevreesd dat het gezwel kwaadaardig is en zich ontwikkelt tot een tumor.

Mohammad Habibi heeft ook last van een hevige pijn in zijn borst en longen, sinds hij in mei 2018 nogal hardhandig werd gearresteerd, maar de dokters in het ziekenhuis volstonden met het verstrekken van een inhaler.

Mohammad Habibi, een lid van het bestuur van directeuren van de Iraanse vereniging voor leraren in het vak Handel, werd voor het eerst aangehouden op 3 maart 2018, buiten de school waar hij les gaf, voor het oog van zijn leerlingen.

Revolutionaire Gardisten spoten pepperspray op hem en sloegen hem tijdens zijn arrestatie en brachten hem over naar een niet bekend gemaakte plek, waar hij verbleef in eenzame opsluiting gedurende 16 dagen, waar hij herhaaldelijk werd ondervraagd en werd onderworpen aan marteling, daarna werd hij overgebracht naar de Evin-gevangenis.

Habibi werd op 15 april op borgtocht vrijgelaten, maar op 10 mei weer hardhandig gearresteerd, toen hij deelnam aan een vreedzame demonstratie buiten het gebouw van de Organisatie voor Begroting en Planning in Teheran.

Op 23 juli stond hij terecht voor afd. 26 van het Revolutionaire Gerechtshof, de zitting duurde maar twee uur en er werd geen aandacht besteed aan de littekens van de afranseling op zijn lichaam.  Hij mocht zijn advocaat pas 10 minuten voor het begin van de zitting spreken.

In augustus 2018 werd hij door een revolutionaire rechtbank in Teheran  veroordeeld tot 10,5 jaar gevangenisstraf, waarvan hij zeker 7,5 jaar moet uitzitten.         Op 24 december, werd in beroepsprocedure dit vonnis bekrachtigd.

Hij heeft ook opgelegd gekregen dat hij na zijn vrijlating twee jaar niet mag reizen, niet mag deelnemen aan vakbonds- en politieke partijen vergaderingen en 74 zweepslagen zal krijgen.

De leraren-activist, Mohammad Habibi werd veroordeeld voor “vereniging en samenspanning tegen de nationale veiligheid,” “propaganda tegen de staat” en “het verstoren van de openbare orde.” ( SMV  1 juli 2019)