09 oktober 2019 – Met de aanhoudende onderdrukking van de christelijke minderheid schendt het Teheraanse regime het mensenrecht op vrijheid van religie. Iran hoort tot de staten die christenen het krachtigst vervolgen.

Het islamitische regime in Iran zet zijn vervolgingscampagne voort, die zich speciaal richt op christenen met een moslim achtergrond.

Fatemeh BakhteriOp 31 augustus werd de Iraanse christen Fatemeh Bakhteri (Foto) in de Teheraanse Evin gevangenis opgesloten. Zij moet daar alleen wegens haar christelijke geloof een eenjarige gevangenis straf uitzitten.

Fatemeh Bakhteri en haar echtgenoot Saheb Fadaie, die beiden uit de noord Iraanse stad Rasht komen, werden in september 2018 door een revolutionair gerecht tot twaalf respectievelijk 18 maanden gevangenisstraf veroordeeld, omdat ze van de islam naar het christelijke geloof overgegaan zijn en aan de christelijke geloofsgrondvesten vasthouden. De justitie van het regime, die functioneert als instrument van onderdrukking, verwijt het echtpaar “propaganda tegen de staat”. Saheb Fadaie werd bovendien veroordeeld tot  twee jaar verbanning naar een ver afgelegen verbanningsoord  bij de grens met Afghanistan.

Fatemeh Bakhteri en Saheb Fadaie hebben herfst 2018 beroep tegen de veroordeling aangetekend. De laatste beroepsbehandeling vond januari 2019 in Teheran plaats. Tijdens het gerechtelijk proces werd van het echtpaar geëist zich van het christendom af te wenden, wat de beide christenen afwezen.  In mei 2019 werden de gevangenisstraffen tegen het echtpaar door het hof van beroep overeind gehouden.

Saheb FadaieSaheb Fadaie (links op de foto) ondergaat reeds een tienjarige gevangenisstraf in de Evin gevangenis in Teheran. Hij en drie andere leden van zijn gemeenschap, Youcef Nadarkhani, Mohammadreza Omidi en Yasser Mossayebzadeh, werden in juli 2017 wegens beweerd “in gevaar brengen van de staatsveiligheid” tot elk tien jaar gevangenisstraf veroordeeld. De daadwerkelijke reden was hun overgang naar het christendom en hun actieve medewerken in huisgemeenten. In juli 2018 werden de vier christenen in hun woonplaats Rasht gearresteerd en naar de beruchte Evin gevangenis in Teheran gesleept.

Eind juli werd de christelijke Iraanse Mahrokh Ghanbari in de stad Karaj in de buurt van Teheran door een gerecht van het regime tot een jaar gevangenisstraf veroordeeld. Ze heeft beroep tegen de veroordeling aangetekend.

De 65 jarige voormalige moslima, die het christelijk geloof aangenomen heeft, werd in december 2018 kort voor kerstmis in haar woning samen met vier andere christelijke vrouwen gearresteerd. Leden van de geheime dienst van het regime doorzochten de woning en namen mobiele telefoons, bijbels en andere christelijke geschriften in beslag.

Mahrokh Ghanbari werd daarna tien dagen opgesloten en aan urenlange verhoren onderworpen. Uiteindelijk werd ze na betaling van een borgsom vrijgelaten. Midden januari werd de christelijke vrouw aangeklaagd wegens “inbreuken tegen de staatsveiligheid” en werd van haar geëist de overgang naar het christendom ongedaan te maken. Zij hield echter vast aan aan haar christelijke geloof. Op 27 juni werd Mahrokh Ghanbari voor de rechter gebracht en kort daarna tot een jaar gevangenisstraf veroordeeld.

Het regime van Teheran verscherpt – met minachting voor zijn volkenrechtelijke verplichtingen – de onderdrukking van religieuze minderheden. Iran heeft  het internationale pact over burgerlijke en   politieke rechten geratificeerd, dat ook vrijheid van religie garandeert. Dat houdt in het recht het eigen geloof openlijk te bekennen en om van geloof te veranderen.

Volgens de wereld vervolgingsindex (Weltverfolgungsindex) 2019 behoort het regime van Teheran tot de tien ergste vervolgers van christenen in de wereld. Mensenrechtenverdedigers doen een beroep op de internationale gemeenschap om zich voor de vervolgde christenen in Iran in te zetten.