In Iran betalen mensenrechtenactivisten een hoge prijs voor hun moed. Vanwege hun overtuiging en vreedzame protesten worden ze onder het mom van “gevaar voor de staatsveiligheid” hevig vervolgd.

Terwijl het regime in heel Iran onderdrukking gebruikt om verdere burgerprotesten tegen de dictatuur te voorkomen worden bekende mensenrechtenverdedigsters in toenemende mate het slachtoffer van represailles.

Mensenrechtenactivist Atena Daemi ،die sinds 2016 in de Evin-gevangenis in Teheran wordt vastgehouden, werd op 26 januari opnieuw aangeklaagd. De rechterlijke macht van het regime beschuldigt haar van “misdrijven tegen de staatsveiligheid” omdat zij vanuit de gevangenis herhaaldelijk oproept tot afschaffing van de doodstraf in Iran. Bovendien wordt haar ook ten laste gelegd dat ze meermaals geprotesteerd heeft tegen strafmaatregelen die haar en andere gevangenen in de gevangenis opgelegd werden.

De rechterlijke macht van het regime beschuldigt Atena Daemi er ook van, dat zij in december samen met zeven andere gedetineerde mensenrechtenverdedigsters in een open brief haar solidariteit heeft betuigd met de families van de demonstranten die in november 2019 door regeringstroepen zijn vermoord. De gedetineerde vrouwen kondigden aan dat ze in de gevangenis een wake ter gedachtenis aan de dodelijke slachtoffers zouden houden. Vervolgens werd een bezoekverbod van drie weken aan hen opgelegd. Eind december werd Atena Daemi bovendien in eenzame opsluiting gezet en bedreigd met ballingschap naar een verre gevangenis.

De 32-jarige mensenrechtenactiviste heeft geen toegang tot rechtsbijstand. Ondanks haar slechte gezondheid krijgt ze niet de nodige medische zorg. Amnesty International heeft herhaaldelijk verzocht om onmiddellijke vrijlating van Atena Daemi, die alleen maar gevangen wordt gehouden omdat ze haar recht op vrijheid van meningsuiting en vereniging heeft uitgeoefend.

Atena Daemi werd in september 2016 in Teheran veroordeeld tot zeven jaar gevangenisstraf. Ze werd gestraft voor het gebruik van vreedzame middelen om campagne te voeren tegen de doodstraf en voor de rechten en bescherming van kinderen en jongeren in Iran. Zij heeft informatie over mensenrechtenschendingen in Iran gepubliceerd en naar buitenlandse mensenrechtenorganisaties gestuurd.

In september 2019 werd de mensenrechtenverdedigster veroordeeld tot drie jaar extra gevangenisstraf wegens protest tegen de executie van politieke gevangenen in de gevangenis.

Op 15 januari werd de bekende mensenrechtenactiviste Shahnaz Akmali (foto) in de Evin-gevangenis in Teheran opgesloten. De 54-jarige moet daar een gevangenisstraf van een jaar uitzitten omdat ze opheldering en gerechtigheid eist voor de dood van haar zoon, die werd vermoord door de strijdkrachten van het regime.

Shahnaz Akmali werd een mensenrechtenactiviste nadat haar zoon Mostafa in 2009 tijdens vreedzame burgerprotesten tegen de dictatuur werd gedood. De 26-jarige Mostafa Karimbeigi was een van de demonstranten die tijdens de massaprotesten op 27 december 2009 door regimetroepen werden doodgeschoten. Vijftien dagen na zijn verdwijning namen leden van de Revolutionaire Garde het gezin mee naar het mortuarium van de gevangenis van Kahrizak, waar ze het lichaam van Mostafa identificeerden.

Daarna trad Shahnaz Akmali moedig in de openbaarheid en vroeg de rechterlijke macht om de verantwoordelijken voor de dood van haar zoon te vinden en rekenschap af te laten leggen.

De afgelopen jaren heeft Shahnaz Akmali, samen met de moeders van andere slachtoffers van regeringsgeweld in Iran, deelgenomen aan waken en bijeenkomsten waar zij gerechtigheid eisen voor hun geliefden. Zij organiseerde ook publieke steun voor politieke gevangenen en hun families. Ze werd voor haar mensenrechtenwerk veroordeeld tot een jaar gevangenisstraf.


In Iran betalen mensenrechtenactivisten een hoge prijs voor hun moed. Vanwege hun overtuiging en vreedzame protesten worden ze hevig vervolgd onder het mom van “gevaar voor de staatsveiligheid”. Mensenrechtenverdedigers hebben internationale bescherming nodig. Aanhoudende wereldwijde aandacht en sterke publieke druk zijn nodig om de repressie in Iran te stoppen.

Shahnaz Akmali bij het graf van haar vermoorde zoon