20 december 2020 – Mensenrechtenwerk is succesvol: het EU-parlement heeft aangedrongen op het opleggen van sancties tegen functionarissen van het regime van Teheran die ernstige mensenrechtenschendingen hebben begaan, waaronder de rechters die journalisten, mensenrechtenverdedigers en politieke dissidenten ter dood hebben veroordeeld.
Op 17 december nam het Europees Parlement met een grote meerderheid een resolutie aan waarin de voortdurende ernstige schendingen van de mensenrechten en executies in Iran worden veroordeeld. De EU-parlementariërs roepen op om onder leiding van de Verenigde Naties de schendingen van de mensenrechten in Iran te onderzoeken en om de verantwoordelijke regeringsfunctionarissen te bestraffen met sancties.

In de resolutie veroordeelt het EU-parlement onder meer dat in Iran “de doodstraf wordt opgelegd als middel tot politieke repressie, dat amputaties, geseling en andere wrede en onmenselijke straffen die in het strafwetboek van Iran staan uitgevoerd worden en verder de onmenselijke omstandigheden die in de gevangenissen heersen, de bekentenissen door middel van marteling of mishandeling en de gerechtelijke procedures tegen burgers in revolutionaire rechtbanken.”
De EU-parlementariërs roepen op tot een onmiddellijke stopzetting van alle executies in Iran en veroordelen dat “de doodstraf wordt gebruikt als afschrikmiddel tegen mensen die vreedzaam afwijkende meningen verkondigen, de mensenrechten verdedigen en hun recht op vrijheid van meningsuiting uitoefenen.”

Terwijl de resolutie veroordeelt dat “op 12 december 2020 de vanuit Frankrijk werkende journalist Ruhollah Sam … en op 12 september 2020 de worstelaar Nawid Afkari werden geëxecuteerd”, wordt het regime van Teheran aangespoord “om onmiddellijk afstand te nemen van de aanstaande executie van de Zweeds-Iraanse wetenschapper Ahmadreza Djalali, hem vrij te laten en te compenseren en zijn familie in Iran en Zweden niet langer te bedreigen. ”Als Ahmadreza Djalali niet wordt vrijgelaten, in strijd met de eisen van de EU en haar lidstaten, aldus de EU-parlementariërs, zullen gerichte sancties tegen het regime van Teheran nodig zijn.

Het EU-parlement roept op tot de onmiddellijke en onvoorwaardelijke vrijlating van de advocaat Nasrin Sotudeh en alle andere mensen die “willekeurig in Iran zijn gearresteerd wegens het vreedzaam uitoefenen van hun recht op vrijheid van mening en meningsuiting, onder wie demonstranten, journalisten, mediaprofessionals, politieke dissidenten, kunstenaars, schrijvers en mensenrechtenverdedigers, alsmede advocaten, vrouwenrechtenactivisten, arbeidsrechtenactivisten, minderheidsrechtenactivisten, milieuactivisten, activisten tegen de doodstraf en anderen, onder wie degenen die oproepen om de waarheid aan het licht te brengen over de buitengerechtelijke massa-executies van de jaren tachtig, en daarvoor gerechtigheid en genoegdoening te doen.”

De resolutie roept de EU-lidstaten op om effectieve strafmaatregelen te nemen tegen functionarissen van het regime van Teheran die verantwoordelijk zijn voor mensenrechtenschendingen en executies

De resolutie roept alle EU-lidstaten op om “gezamenlijk openbare verklaringen af te leggen en diplomatieke initiatieven te nemen, in overeenstemming met de EU-richtlijnen voor de bescherming van mensenrechtenverdedigers, om oneerlijke processen te volgen en gevangenissen te bezoeken waar mensenrechtenverdedigers en andere gewetensgevangenen worden vastgehouden, inclusief personen die in Iran worden vastgehouden en burgers zijn van een EU-lidstaat.”

Daarnaast eisen de EU-parlementariërs dat “onder leiding van de Verenigde Naties een onderzoek wordt gestart naar de misdaden tegen het internationaal recht en andere ernstige mensenrechtenschendingen die zijn gepleegd tijdens de protesten van november 2019 en januari 2020”. De EU en haar lidstaten worden aangespoord om gerichte beperkende maatregelen te nemen tegen de functionarissen van het regime in Teheran die verantwoordelijk zijn voor deze schendingen.

Het EU-Parlement is verheugd over het feit dat “de Raad het sanctieregime van de EU op het gebied van mensenrechten, de zogenaamde Magnitsky-wet, heeft aangenomen en beschouwt het als een belangrijk EU-instrument voor het opleggen van sancties tegen degenen die de mensenrechten schenden” en roept op tot “gerichte maatregelen tegen Iraanse functionarissen die ernstige mensenrechtenschendingen hebben begaan, waaronder de recente executies van Ruhollah Sam en Nawid Afkari en de willekeurige detentie in Iran van personen met een dubbele nationaliteit en buitenlanders, evenals degenen die betrokken zijn bij ernstige mensenrechtenschendingen, onder wie de rechters die journalisten, mensenrechtenverdedigers, politieke dissidenten en geëngageerde burgers tot de doodstraf hebben veroordeeld.“