De weegschaal van het recht begint te kantelen tegen het theocratische Iraanse regime

Door Struan Stevenson

Vrijdag 13 Augustus 2021, 16:45 uur

Na frauduleuze verkiezingen werd hun nieuwe president, Ebrahim Raisi, een beruchte beul, op 5 augustus formeel ingehuldigd. In brede kring wordt geëist dat hij wordt aangeklaagd wegens misdaden tegen de menselijkheid en ter verantwoording wordt geroepen voor zijn betrokkenheid bij de afslachting van meer dan 30.000 politieke gevangenen in Iran in 1988.

Nu is een van Raisi’s functionarissen, Hamid Noury, in Zweden gearresteerd en wordt hij vervolgd voor oorlogsmisdaden en voor zijn betrokkenheid bij dezelfde massamoord op Iraanse politieke gevangenen in 1988. De moellahs sidderen in hun schoenen bij het bewijs dat Noury kan leveren.
Zijn aanklacht vindt zijn oorsprong in het gewapende conflict tussen Iran en Irak van 1981-1988. De Volksmoedjahedien van Iran (PMOI)/Mojahedin e-Khalq (MEK), die na de revolutie van 1979 door de moellahs vogelvrij verklaard waren en opgejaagd werden, vochten terug tegen de Islamitische Revolutionaire Garde (IRGC), de Gestapo van het klerikale regime.

De toenmalige hoogste leider van Iran, Ayatollah Ruhollah Khomeini, vaardigde een fatwa uit tegen de PMOI/MEK, waarin hij opdroeg alle politieke gevangenen die trouw aan de organisatie verklaarden te zijn, terecht te stellen. De massale ophangingen begonnen in de zomer van 1988.
De Zweedse autoriteiten hebben bewijs aangevoerd dat een groot aantal PMOI/MEK-gevangenen tussen 30 juli en 16 augustus 1988 is terechtgesteld in de Gohardasht-gevangenis in Karaj, Iran, waar Noury assistent van de plaatsvervangend openbare aanklager was.
In de aanklacht wordt Noury ervan verdacht “samen met andere daders aan deze massa-executies te hebben deelgenomen en aldus opzettelijk het leven te hebben genomen van een groot aantal gevangenen die met de Moedjahedien sympathiseerden, en bovendien de gevangenen te hebben onderworpen aan ernstig lijden dat als foltering en onmenselijke behandeling wordt beschouwd”.

De Zweedse aanklagers hebben uitgebreid bewijsmateriaal verzameld van getuigen en overlevenden van het bloedbad van 1988 en zij hebben dinsdag de rechtszaak tegen Noury geopend.

Aanhangers van de oppositie van Iran demonstreren buiten een rechtbank in Stockholm op de eerste dag van het proces tegen een Iraanse man wegens oorlogsmisdaden in verband met de executie van politieke gevangenen in 1988 in Karaj, Iran (Foto: Stefan Jerrevang/TT NEWS AGENCY/AFP via Getty Images)

De 60-jarige, die de beschuldigingen ontkent, luisterde via een vertaler terwijl de aanklagers in de districtsrechtbank van Stockholm een lange lijst van beschuldigingen voorlazen, waaronder moord en oorlogsmisdaden, daterend van 30 juli tot 16 augustus 1988.

Het bewijsmateriaal voor de aanklager is gruwelijk. Noury zou hebben geholpen bij de selectie van PMOI/MEK-gevangenen die voor een kort geding werden gebracht, waar hun eenvoudigweg werd gevraagd of zij de PMOI/MEK nog steunden. Indien zij tijdens dit twee minuten durende verhoor “ja” antwoordden, zouden zij onmiddellijk door Noury naar de zogenaamde “dodengang” zijn geleid, waar hij hen beval in de rij te gaan staan, soms urenlang, alvorens hen naar de executiezaal te begeleiden, waar zij moesten toezien hoe andere gevangenen werden opgehangen, alvorens zelf te worden geëxecuteerd. Aangenomen wordt dat hij vaak aanwezig was bij en deelnam aan de ophanging van gevangenen.

Noury werd in november 2019 gearresteerd op de luchthaven Arlanda in Stockholm. Zijn proces zal de ware wreedheid van het Iraanse regime aan het licht brengen. Veel van de aanklagers in de zaak hebben via een videoverbinding getuigenis afgelegd vanuit Ashraf 3, het hoofdkwartier van meer dan 2.500 PMOI/MEK-aanhangers in Albanië en vanuit andere landen over de hele wereld.

De eisers zijn voornamelijk vrijgelaten gevangenen die getuige waren van de misdaden die tijdens het bloedbad van 1988 werden begaan in de dodengang in de Gohardasht-gevangenis. Een getuige heeft beschreven hoe hij zich herinnerde dat Noury een doos gebakjes naar de dodengang bracht op een van de dagen dat er meerdere executies plaatsvonden.

Hij bracht de gebakjes eerst naar de kamer waar Ebrahim Raisi, die net de nieuwe president van Iran is geworden, toezicht hield op de willekeurige doodvonnissen voor politieke gevangenen. Volgens de getuige aten Raisi en zijn handlangers zich vol met gebak, terwijl ze onschuldige mannen en vrouwen de dood in joegen.

Het proces in Zweden zal de beul-president van Iran waarschijnlijk rechtstreeks in verlegenheid brengen, omdat zijn actieve rol bij de moord op duizenden politieke gevangenen, waaronder tieners en zelfs zwangere vrouwen, aan de wereldpers zal worden getoond.
Het is verbazingwekkend dat de EU Enrique Mora, plaatsvervangend secretaris-generaal van de Europese Dienst voor extern optreden (EDEO), naar Teheran heeft gestuurd om de inauguratie van Raisi als president op 5 augustus bij te wonen.
De ceremonie vond plaats minder dan een week nadat een Brit en een Roemeens onderdaan waren gedood bij een Iraanse drone-aanval op een door Israël geëxploiteerde olietanker in de Arabische Zee.

In februari van dit jaar werd Assadollah Assadi, een geaccrediteerde Iraanse diplomaat, door een Belgische rechtbank veroordeeld tot 20 jaar gevangenisstraf, nadat hij op heterdaad was betrapt bij de voorbereiding van een terroristische bomaanslag.
Assadi vloog met een lijnvliegtuig van Teheran naar Wenen, met een bom in zijn diplomatenkoffertje. Als op één na hoogste diplomaat van de EU moet Enrique Mora zich ongetwijfeld diep beschaamd hebben gevoeld toen hij naast terreurleiders van Hezbollah en Hamas en andere criminelen zat bij de inhuldiging van “de slager van Teheran”.

Nu overal in Iran betogers “Dood aan de dictator” en “De moellahs moeten verdwijnen” scanderen, is de tijd gekomen dat er een einde komt aan de toegeeflijkheid en dat de EU de aanklacht en vervolging eist van Ebrahim Raisi en de andere massamoordenaars die Iran de afgelopen vier decennia hebben geregeerd.

Door de ogen te sluiten voor de brute onderdrukking en het escalerende dodental in Iran wordt dit misdadige regime alleen maar straffeloosheid geboden, waardoor het wordt aangemoedigd nog meer mensen af te slachten.

Het is beschamend om een hoge vertegenwoordiger van de EU naar de inhuldiging van zo iemand te sturen, die na vervalste verkiezingen is verkozen. Een dergelijke kruiperige verzoeningsdaad tegenover een regime dat doorgaat met het financieren van regionale oorlogen in het Midden-Oosten, internationaal terrorisme financiert en een paria-staat is geworden, is eenvoudigweg onaanvaardbaar.

Struan Stevenson is coördinator van de Campagne voor Verandering in Iran. Hij is een internationaal spreker over het Midden-Oosten en voorzitter van de Europese Vereniging voor Iraakse Vrijheid.