De 68e resolutie over schendingen van de mensenrechten in Iran is goedgekeurd door de Derde Commissie van de Algemene Vergadering van de VN

29 november 2021- VN: In Iran worden aangehouden demonstranten en andere politieke gevangenen onderworpen aan buitensporig geweld, willekeurige detentie, foltering en andere wrede mishandelingen om bekentenissen af te dwingen. Het aantal doodvonnissen en executies in Iran is alarmerend hoog.

Op 17 november heeft de Commissie mensenrechten van de Algemene Vergadering van de VN in New York een nieuwe resolutie aangenomen over de mensenrechtensituatie in Iran. Daarin dringt de wereldgemeenschap er bij het regime in Iran op aan een einde te maken aan de schendingen van de mensenrechten en zijn verplichtingen krachtens het internationaal recht in dit verband na te komen. Verscheidene landen, waaronder Duitsland, Frankrijk, Groot-Brittannië en de VS, hadden samen gelobbyd voor de aanneming van de resolutie.

In de resolutie wordt benadrukt dat er geloofwaardige en onafhankelijke onderzoeken moeten komen naar alle ernstige schendingen van de mensenrechten in Iran. Er moeten alomvattende maatregelen worden genomen om degenen die verantwoordelijk zijn voor deze mensenrechtenschendingen ter verantwoording te roepen en een einde te maken aan de straffeloosheid. In de resolutie wordt er ook op gewezen dat het regime in Iran schendingen van de mensenrechten tracht te verdoezelen door bewijsmateriaal te vernietigen.

Onder de ernstige schendingen van de mensenrechten waaraan gedetineerde demonstranten en andere politieke gevangenen worden blootgesteld, noemt de resolutie buitensporig gebruik van geweld, willekeurige detentie, foltering en andere wrede mishandelingen om bekentenissen af te dwingen. Alarmerend zijn ook de gevallen van gevangenen die op niet-opgehelderde wijze in hechtenis zijn overleden, alsmede de gevallen van personen die spoorloos zijn verdwenen of willekeurig zijn gedood door troepen van het regime.

Reeds eind oktober had Javaid Rehman (foto), de speciale rapporteur van de VN voor de mensenrechtensituatie in Iran, zijn jaarverslag voorgelegd aan de Commissie mensenrechten van de Algemene Vergadering van de VN. Daarin ging de VN-deskundige ook in op het feit dat de ernstige misdrijven tegen het volkenrecht, die onder meer door functionarissen van het Iraanse regime op de hoogste machtsposities zijn begaan, ongestraft blijven. Familieleden van de slachtoffers, mensenrechtenactivisten, advocaten en journalisten die eisen dat er een einde komt aan de straffeloosheid van de functionarissen van het regime worden op de ergst mogelijke manier geïntimideerd en vervolgd.
meer informatie

In de op 17 november aangenomen resolutie heeft de wereldgemeenschap haar ernstige bezorgdheid uitgesproken over het feit dat het aantal doodvonnissen en executies in Iran alarmerend hoog blijft. Er zijn ook mensen geëxecuteerd voor vaag omschreven misdrijven die volgens het internationaal recht geen misdrijven zijn. Met deze executiepraktijk schendt het regime in Teheran zijn internationale verplichtingen op het gebied van de mensenrechten.

Voorts wordt het regime in Teheran opgeroepen een einde te maken aan de executie van minderjarigen. Zowel het VN-Verdrag inzake de rechten van het kind als het Internationaal Verdrag inzake burgerrechten en politieke rechten – die beide door Iran zijn geratificeerd – verbieden zonder uitzondering de terechtstelling van personen die jonger waren dan 18 jaar toen zij het misdrijf pleegden waarvan zij worden beschuldigd.

In de resolutie wordt opgeroepen tot de vrijlating van alle gevangenen die uitsluitend wegens het uitoefenen van hun mensenrechten worden vastgehouden, met inbegrip van degenen die zijn opgesloten wegens deelneming aan vreedzame burgerprotesten. Voorts moet het regime de mensenrechten van vreedzame demonstranten en mensenrechtenactivisten eerbiedigen en een einde maken aan de represailles tegen hen en hun familieleden.

Internationale mensenrechtengroeperingen hadden bij de VN gelobbyd voor de resolutie en beschouwen de aanneming ervan als een public relations-succes. Mensenrechtenactivisten uit de hele wereld eisen dat de functionarissen van het regime in Teheran die betrokken zijn bij massa-executies, op internationaal niveau worden vervolgd. De massale, systematische moorden op tegenstanders van het regime, met name de massa-executies van duizenden Iraanse politieke gevangenen in 1988, zijn misdaden naar internationaal recht. Op grond van het beginsel van het volkenrecht kunnen volkenrechtelijke misdrijven overal ter wereld worden vervolgd, ongeacht het land waar de feiten zijn gepleegd. Er is geen verjaringstermijn voor deze misdaden. Het beginsel van het volkenrecht is een belangrijk instrument om de daders van volkenrechtelijke misdrijven in Iran te straffen. De huidige ernstige schendingen van de mensenrechten in Iran kunnen alleen een halt worden toegeroepen indien de VN krachtig en doeltreffend optreedt tegen de heersende straffeloosheid.

Attachments