Internationaal succes: De internationale gemeenschap stelt zich op tegen de pogingen van het regime in Teheran, zijn systematische mensenrechtenschendingen te verdoezelen of te rechtvaardigen. De aandacht voor en inzet voor de mensenrechten in Iran wordt op internationaal niveau versterkt

21 november 2023 – Op 15 november heeft het Mensenrechtencomité van de Algemene Vergadering van de VN in New York een nieuwe resolutie aangenomen waarin de schendingen van de mensenrechten door het Iraanse regime krachtig worden veroordeeld. Verschillende landen hadden gezamenlijk gelobbyd voor de resolutie, waaronder Duitsland en Frankrijk. Groot-Brittannië en de VS. In de resolutie wordt het Iraanse regime ondubbelzinnig opgeroepen een einde te maken aan de schendingen van de mensenrechten en zijn verplichtingen uit hoofde van het internationaal recht in dit verband na te komen.

Met deze resolutie heeft de internationale gemeenschap stelling genomen tegen de pogingen van het regime in Teheran om zijn systematische schendingen van de mensenrechten te verdoezelen of te rechtvaardigen. Mensenrechtenorganisaties zien de resolutie als een succes, omdat het impliceert dat de Verenigde Naties de mensenrechtensituatie in Iran nauwlettend zullen blijven volgen. Dit zal de aandacht en inzet voor de mensenrechten in Iran op internationaal niveau vergroten.

De resolutie eist dat de nu heersende straffeloosheid bij mensenrechtenschendingen in Iran stopt. Mensenrechtenactivisten eisen al lang dat functionarissen van het regime in Teheran, die verantwoordelijk zijn voor ernstige mensenrechtenschendingen en massa-executies, op internationaal niveau worden vervolgd. De massale, systematische moorden en executies, waarvan duizenden tegenstanders van het regime in Iran de afgelopen decennia het slachtoffer zijn geworden, zijn misdaden volgens het internationaal recht. Op basis van de beginselen van universeel recht kunnen misdrijven tegen het volkenrecht overal ter wereld worden vervolgd, ongeacht het land waar de feiten zijn gepleegd. Er is geen verjaringstermijn voor deze delicten. Het beginsel van universele rechtsmacht is een belangrijk instrument voor de bestraffing van de daders van misdrijven volgens het internationaal recht in Iran. De mensenrechtenschendingen en executies kunnen alleen worden gestopt als de internationale gemeenschap doortastend en effectief optreedt tegen de heersende straffeloosheid.

Alarmerende toename van doodvonnissen en executies

De resolutie, die op 15 november is aangenomen, veroordeelt de alarmerende toename van het aantal doodvonnissen en executies in Iran, waar doodvonnissen geveld worden op basis van door marteling afgedwongen bekentenissen. Met zijn executiepraktijk schendt het regime zijn internationale verplichtingen op het gebied van de mensenrechten.

En verder wordt het regime ook opgeroepen, een einde te maken aan de executie van minderjarigen. Zowel het VN-Verdrag inzake de Rechten van het Kind als het Internationaal Verdrag inzake burgerrechten en politieke rechten – beide geratificeerd door Iran – verbieden zonder uitzondering en hard de executie van mensen die het hen verweten misdrijf zouden hebben gepleegd toen zij nog geen 18 jaar waren.

Begin november had VN-secretaris-generaal António Guterres al alarm geslagen over de toename van executies in Iran. Alleen al in de eerste zeven maanden van dit jaar werden er minstens 419 mensen geëxecuteerd, volgens een rapport van António Guterres over de mensenrechtensituatie in Iran.

Dit komt overeen met een stijging van 30 procent ten opzichte van dezelfde periode vorig jaar.
Volgens het rapport van de secretaris-generaal van de VN zijn zeven mannen geëxecuteerd in verband met de massale protesten van het najaar van 2022.

De processen tegen de geëxecuteerden voldeden consequent niet aan de vereisten van een eerlijk proces en een eerlijk proces volgens de internationale mensenrechtenwetgeving.

In zijn rapport riep António Guterres het regime in Teheran op om de executies te stoppen, de doodstraf af te schaffen en alle willekeurig gearresteerden vrij te laten, “inclusief vrouwen en meisjes, mensenrechtenverdedigers, advocaten en journalisten, omdat zij hun recht op vrijheid van meningsuiting, van vereniging en van vreedzame vergadering op een juiste wijze gebruikt hebben.”

Over de ontwerpresolutie van het Mensenrechtencomité van de Algemene Vergadering van de VN van 15.11.2023