De staatsleider van Iran, Mahmud Ahmadinedschad,  heeft de Holocaust opnieuw in het openbaar geloochend. Het zou hier om een leugen gaan, die als voorwendsel voor de stichting van de staat Israël gediend zou hebben.

“Het  is een nationale en religieuze plicht om zich tegen het zionistische regime teweer te stellen”, zei Ahmadinedschad vrijdag op de Teheraanse universiteit bij een anti-Israëlische toespraak ter gelegenheid van de zogenaamde “Jeruzalem-dag”.

De Holocaust  is “een valse bewering, een sprookje, dat als voorwendsel voor misdaden tegen de mensheid” misbruikt wordt, zei Ahmadinedschad verder. Voor het geval de Europeanen toch een dergelijke misdaad zouden begaan hebben, zouden zij ook maar aan de Joden “in Europa, Amerika of Canada”  land moeten bezorgen. “Waarom zouden de Palestijnen door een gebeurtenis moeten lijden waarbij ze zelf helemaal niet betrokken waren?”, vroeg de Iraanse president.

Ahmadinedschad viel in een toespraak opnieuw Israël aan. “De dagen van dat regime zijn geteld”, zei hij. De Britse Minister van Buitenlandse Zaken David Miliband veroordeelde deze uitspraken als “afstotelijk”. Ahmadinedschad had met soortgelijke uitlatingen al meerdere keren internationale verontwaardiging uitgelokt.

Het Zweedse EU-Raadspresidentschap verklaarde zondag dat  Ahmadinedschad met zijn uitspraken naar aanleiding van de jaarlijkse Jeruzalem-dag tot solidariteit met de Palestijnen “tot antisemitisme en haat aangemoedigd heeft”. De leiders  van de Islamitische Republiek Iran zouden in plaats daarvan “constructief aan de vrede en veiligheid in het Nabije Oosten moeten bijdragen”.
aldus berichten van de persagenschappen.