Ondanks de massale onderdrukking door de strijdkrachten van het regime toch weer demonstraties voor vrijheid en democratie in Teheran en andere Iraanse steden.
Volgens berichten van Iraanse mensenrechtenactivisten zijn op 12 juni in Teheran en andere Iraanse steden enkele honderden demonstranten gearresteerd. Naar verluidt werden minstens 300 arrestanten naar de Evin-gevangenis van Teheran gebracht. Voor het hoofdbureau van politie in Teheran waren veel mensen bijeengekomen om te protesteren tegen de willekeurige arrestatie van familieleden.
Teheran’s politiechef Hossein Sadschadinija bevestigde tegenover het persagentschap ISNA de arrestatie van 91 mensen alleen al in Teheran. Hij vertelde dat ze zaterdag gearresteerd werden en aan de rechterlijke macht zijn overgedragen, waarbij hij probeerde de protesten in de hoofdstad te bagatelliseren.
Volgens ooggetuigen en geloofwaardige video’s die via internet werden verspreid kwam het op de verjaardag van de gemanipuleerde presidentsverkiezingen in Iran tot talrijke botsingen tussen demonstranten en de politie van het regime. Volgens berichten in de media hadden de regeringstroepen zaterdag op verschillende locaties in de stad, vooral in de buurt van de universiteit, stelling genomen. Op de belangrijkste kruispunten in Teheran stonden honderden politieagenten en militieleden opgesteld. Al een paar dagen daarvoor deden berichten de ronde dat de regering meer dan een miljoen man had opgetrommeld om eventuele nieuwe demonstraties, desnoods met geweld, te verstoren en uit elkaar te slaan.
Niettemin verzamelden de mensen zich zaterdag op diverse plaatsen in de hoofdstad en in andere Iraanse steden om te protesteren tegen het regime. De media berichtten over botsingen in Teheran, in de Taleghani-straat zou door de oproerpolitie traangas zijn gebruikt. Op het Asadi-plein (Plein van de Vrijheid) van Teheran gebruikte de politie de wapenstok om de menigte te verdrijven. Volgens websites van de oppositie kwam het ook op de campus van de Universiteit van Teheran tot botsingen tussen studenten en leden van de regime-militie.
Op vrijdagavond al werd voor het eerst sinds maanden in sommige wijken van Teheran weer “Allahu Akbar” (God is groot) van de daken en balkons geroepen. Die uitroep was vorig jaar het kenmerk van de protestbeweging.
Demonstraties op de verjaardag van de verkiezingen van 2009 waren niet toegestaan, de gouverneur van Teheran, Mortesa Tamaddon, had hiertegen gewaarschuwd: “Elke poging om de openbare orde verstoren zal door de veiligheidstroepen worden tegengehouden.”
Daarvoor al was de oppositie openlijk met geweld bedreigd door de Iraanse Revolutionaire Garde als ze de straat op zouden gaan. “Als de volks-ophitsers een veiligheidscrisis creëren zullen we hen met alle macht tegenhouden,” aldus commandant Resa Farsaneh.
12 juni is de verjaardag van de omstreden presidentsverkiezingen van 2009, die Mahmoud Ahmadinejad een tweede ambtstermijn als president opleverden. Daarna gingen honderdduizenden mensen in Iran de straat op om voor vrijheid en democratie te demonstreren. Iraanse veiligheidstroepen maakten op bloedige wijze korte metten met de protesten na de verkiezingen van vorig jaar.
De minister van buitenlandse zaken van de VS, Hillary Clinton, riep de regering in Teheran op om de rechten en de waardigheid van haar burgers te respecteren. Iran moest onmiddellijk alle gevangen mensenrechtenactivisten vrijlaten. Een jaar na de verkiezingen “lijden nog steeds veel politieke gevangenen in de gevangenis, en sommigen van hen wacht de doodstraf omdat zij hun mening hebben geuit.” Clinton eiste tevens de vrijlating van drie Amerikaanse burgers, die al bijna een jaar geleden gearresteerd werden bij een trektocht in het grensgebied van Iran en sindsdien in de gevangenis zitten. 14 juni 2010