8 april 2016 – Amnesty International eist de vrijlating van Ismail Abdi, voorzitter van de vakbond voor leraren in Iran (ITTA), die alleen maar gevangen zit vanwege zijn vreedzame vakbondsactiviteiten.
Amnesty International houdt een spoedactie voor de vrijlating van Ismail Abdi (foto). De voorzitter van de vakbond voor leraren in Iran (ITTA), die sinds 27 juni 2015 in hechtenis zit, werd in februari 2016 veroordeeld tot zes jaar gevangenis. Hij heeft aangekondigd op 1 mei, de internationale dag van te arbeid, in hongerstaking te gaan om te protesteren tegen de onderdrukking van leerkrachten en vakbondsleden in Iran.
In de spoedactie van Amnesty International staat o.a.:
Ismail (Esmail) Abdi kreeg in februari te horen dat afdeling 15 van het Revolutionaire Hof in Teheran hem tot zes jaar gevangenisstraf veroordeeld had wegens “het verspreiden van propaganda tegen het systeem” en “overleg en planning van misdaden tegen de nationale veiligheid”. De beschuldigingen hebben betrekking op zijn vakbondsactiviteiten, waaronder vreedzame demonstraties, die afgelopen maanden door leraren en leden van de ITTA werden georganiseerd uit protest tegen de slechte lonen en het lage budget voor opleidingen en tegen de detentie van leraren die vakbondslid zijn. Ismail Abdi is tegen dit vonnis in hoger beroep gegaan en wacht nu op de datum van de officiële hoorzitting. Tijdens zijn proces werden de internationale normen voor een eerlijk proces geschonden, hij had bijvoorbeeld gedurende de hele procedure geen toegang tot een raadsman van zijn keuze. Bovendien kreeg zijn advocaat voorafgaand aan het proces geen toegang tot het dossier van zijn cliënt. (…)
In april schreef Ismail Abdi een open brief waarin hij aankondigde op 1 mei in hongerstaking te gaan, hij verklaarde: “volgens de bewijzen die tot het vonnis tegen mij geleid hebben, zou je kunnen zeggen dat alles om het werk en de levensomstandigheden van leraren en arbeiders te verbeteren in Iran gezien wordt als handelen tegen de nationale veiligheid”.
Ismail Abdi werd op 27 juni 2015 gearresteerd en naar vleugel 2A van de Evin gevangenis gebracht, die onder de Revolutionaire Garde valt. Daar werd de vakbondsman ten minste 17 dagen in eenzame opsluiting gehouden en ondervraagd, zonder toegang tot zijn advocaat of zijn familie. Hij loopt nu het risico van totaal van 16 jaar gevangenis, omdat hij in 2011 op valse beschuldigingen tot tien jaar voorwaardelijk was veroordeeld wegens misdrijven tegen de staatsveiligheid, die verband hielden met zijn vakbondsactiviteiten.