Het Iraanse regime probeert door middel van propaganda de wrede realiteit in de Iraanse gevangenissen te verbloemen. Politieke gevangenen protesteren tegen deze bespotting van de duizenden slachtoffers die in de Evin gevangenis werden geëxecuteerd of doodgemarteld. Amnesty International roept buitenlandse diplomaten op zich uit te spreken tegen marteling en andere vormen van mishandeling van gevangenen in Iran, alsmede tegen de willekeurige opsluiting van vreedzame critici en verdedigers van de mensenrechten.

Begin juli heeft heeft het Iraanse regime buitenlandse diplomaten uitgenodigd in de beruchte Evin gevangenis in Teheran. Ze kregen alleen een heel klein geselecteerd en vooraf geprepareerd gedeelte van de gevangenis te zien. De diplomaten mochten geen ontmoeting hebben met politieke gevangenen, van wie velen voor het bezoek geïsoleerd waren opgesloten. Ze kregen ook geen toegang tot de gedeeltes, die ressorteren onder de geheime dienst en de Revolutionaire Garde, waar de gevangenen regelmatig worden blootgesteld aan marteling en andere vormen van mishandeling.

De realiteit in de Evin gevangenis: mensenrechtenactivist Arash Sadeghi en zijn vrouw Golrokh Ebrahimi Iraee zitten allebei wegens hun geweldloze werk voor de mensenrechten sinds 2016 in de Evin gevangenis. Op de foto rechts Arash Sadeghi na een jaar gevangenis. Door middel van een hongerstaking heeft hij tevergeefs geprobeerd om de vrijlating van zijn vrouw te bewerkstelligen. Hij is ernstig ziek en wordt gefolterd door hem de noodzakelijke medische zorg te ontzeggen

Jarenlang onderzoek door Amnesty International en andere mensenrechtenorganisaties bewijzen de onmenselijke en ongezonde onhygiënische omstandigheden in de Evin gevangenis. Chronische overbevolking, strikt beperkte  warmwatervoorziening, slechte ventilatie en continue vervuiling door kakkerlakken en muizen, vooral in keukens, zijn aan de orde van de dag in de Evin gevangenis.

Gevangenen hebben beschreven dat ze gedwongen waren om op de vloer te slapen, zelfs in de koude wintermaanden, omdat er te weinig bedden beschikbaar zijn, aldus Amnesty International. Ook krijgen ze “nauwelijks eetbaar” voedsel voorgezet. Gevangenen die in de gelukkige positie zijn om zich dat te kunnen veroorloven, kunnen op eigen kosten in de gevangeniswinkel maaltijden kopen.

De bekende mensenrechtenadvocaat Abdolfattah Soltani voor en na zijn detentie in de Evin  gevangenis. Ook hem wordt de noodzakelijke medische zorg ontzegd.

Amnesty International meldt verder:

“De Evin gevangenis staat in Iran en wereldwijd symbool voor politieke onderdrukking. In deze gevangenis waren in de loop van zijn verachtelijke geschiedenis honderden vreedzame activisten, journalisten, intellectuelen en mensenrechtenadvocaten gedetineerd.

Toch werd het de buitenlandse afgevaardigden niet toegestaan ​​ om de gedeeltes van de gevangenis te bezoeken waar tientallen politieke gevangenen, waaronder mensenrechtenactivisten, zijn opgesloten. Dat omvat afdeling 350, waar de prominente mensenrechtenadvocaat Abdolfattah Soltani en de ernstig zieke mensenrechtenverdediger Arash Sadeghi worden vastgehouden; afdeling 8, waar de mensenrechtenverdediger Omid Alishenas gevangen zit, en het vrouwenblok waar de mensenrechtenverdedigsters Narges Mohammadi, Golrokh Ebrahimi Iraee en Atena Daemi worden vastgehouden. (…)

Ze konden evenmin naar de personen met een dubbele nationaliteit, die ook in de gevangenis zitten op basis van twijfelachtige beschuldigingen, waaronder de Britse Iraniërs Nazanin Zaghari-Ratcliff en Kamal Foroughi en de in Iran geboren en in Zweden woonachtige Dr. Ahmadreza Djalali, die tijdens het gehele bezoek naar eenzame opsluiting was overgeplaatst.”

Buitenmuur van Evin Gevangenis in Teheran

Het dient de buitenlandse afgevaardigden, aldus Amnesty International, nu duidelijk te zijn geworden dat de Iraanse autoriteiten hen alleen hebben misbruikt om hun eigen propaganda te bekrachtigen: “U moet zich uitspreken tegen foltering en andere vormen van mishandeling van gevangenen in Iran en tegen de willekeurige opsluiting van vreedzame critici en mensenrechtenactivisten en eisen dat de autoriteiten onafhankelijke waarnemers ongehinderde toegang tot de Evin gevangenis en andere gevangenissen verlenen.”

“Als de Iraanse autoriteiten echt geïnteresseerd zijn om hun reputatie te verbeteren, is het dringend noodzakelijk om de overbevolking in de gevangenissen aan te pakken en te zorgen voor voldoende voedsel, water, medische zorg, hygiëne en bedden voor alle gevangenen. Ze moeten bovendien een eind maken aan het gebruik van marteling en andere vormen van mishandeling, de gedetineerden behandelen met waardigheid en menselijkheid, ten onrechte gedetineerde vreedzame dissidenten vrijlaten en internationale waarnemers, met inbegrip van de speciale VN-rapporteur over de situatie van de mensenrechten in Iran, en onafhankelijke en onaangekondigde inspecties van de Evin gevangenis en andere gevangenissen laten uitvoeren, volgens de internationale normen.