3 september 2018 De in Iran aan de macht zijnde dictatuur behoort tot de ergste mensenrechten-schenders in de wereld. Mensenrechtenschendingen zijn de instrumenten van het terroristische  regime tegen de bevolking. Daarvan getuigt in het bijzonder de wrede onderdrukking van de huidige burgerprotesten voor vrijheid in Iran

Iraniërs in ballingschap en verdedigers van mensenrechten hebben in augustus in verscheidene steden in Europa en Noord-Amerika, d.m.v. demonstraties, waken, tentoonstellingen en het verstrekken van informatie, het publiek attent gemaakt op de vernietigende aanslagen op de mensenrechten in Iran. Tijdens deze gebeurtenissen in o.a.  Paris,  Amsterdam, Londen, Rome, Toronto en Ottawa, Berlijn, Frankfurt, Stuttgart, Wenen, Bern, Brussel  werd aan de wereldgemeenschap geappelleerd om mensenrechtenschendingen en executies in Iran een halt toe te roepen. Er werd een oproep gedaan om solidair te zijn met de bevolking van Iran, die sinds het einde van 2017, d.m.v. in omvang toenemende protesten en demonstraties, democratie, sociale rechtvaardigheid en eerbiediging van mensenrechten voor hun land eist.

D.m.v. deze demonstraties werd in het bijzonder aandacht gevraagd voor de massamoord op politieke gevangenen, die 30 jaar geleden in de gevangenissen van Iran plaatsvond. In de late zomer en herfst van 1988 werden in Iran dagelijks massa-terechtstellingen op politieke gevangenen uitgevoerd. Volgens schattingen werden bij deze door de staat georganiseerde massamoord meer dan 30000 mensen geslachtofferd. De gevangenis-massamoord van het jaar 1988 is een van de verschrikkelijkste dieptepunten in de vervolging van tegenstanders en andersdenkenden in Iran en is de zwaarste schending van mensenrechten van het in Iran gevestigde Islamitische regime. Tot op heden zijn deze massa-executies nog altijd niet in de openheid gekomen, noch vergolden. Onder de slachtoffers waren duizenden gevangenen, die al jaren onder onmenselijke omstandigheden gevangen werden gehouden en de hen opgelegde straf uitzaten. Ook werden in die tijd talrijke voormalige politieke gevangen weer gearresteerd en “verdwenen” dan spoorloos.

Familieleden van terechtgestelde politieke gevangenen eisen opheldering en gerechtigheid

Onder de slachtoffers bevonden zich veel mannen en vrouwen, die wegens het verspreiden van vlugschriften, deelname aan demonstraties of financiële ondersteuning van families van politieke gevangenen gevangen genomen waren. De meeste terechtgestelde waren lid van de Iraanse oppositiebeweging PMOI . Maar ook leden van kleinere oppositiepartijen werden getroffen.

Berichten van ooggetuigen, voormalige politieke gevangenen, die de massamoord overleefden, vermelden dat gevangenisautoriteiten al in het begin van 1988 maatregelen troffen voor de massa-terechtstellingen in de zomer. In juli 1988 werden de gevangenen volledig van de buitenwereld geïsoleerd. Familieleden werden bij de gevangenispoort zonder enige uitleg geweigerd. Drie maanden lang  heerste er grote onzekerheid over het lot van de politieke gevangenen.

In de late zomer en herfst van 1988 werden de gevangenen door z.g. “Doodscomités” , bestaande uit een rechter met religieuze achtergrond, een officier van justitie en een lid van de geheime dienst, opnieuw verhoord. De gevangene moest zijn politieke overtuiging in het openbaar afzweren. Wie dat weigerde, of geen andere tegenstanders wilde verklikken,  werd na enige minuten ter dood veroordeeld. Dat “vonnis” werd meteen, na slechts enkele minuten, door verhanging of door een vuurpeloton in de gevangenis voltrokken.

De terechtgestelden werden door hun beulen in naamloze massagraven gelegd. In de late herfst van 1988 werden relaties van de terechtgestelden, die wegens de vele in omloop zijnde geruchten in grote zorg verkeerden, naar de gevangenis geroepen. Ze werden alleen in kennis gesteld van de dood van de gevangene Het was ten strengste verboden over de executies te spreken of  rouwdiensten te organiseren. Ook over de plaats waar de slachtoffers zijn begraven zwijgt het regime tot op deze dag. Ooggetuigen en familieleden werden geïntimideerd en bedreigd, zodat geen informatie over deze gebeurtenissen naar buiten kon komen.

Er bestaan documenten waaruit blijkt dat veel van de hoogwaardigheidsbekleders in het huidige regime in Iran direct bij de massamoord van 1988 betrokken waren. Familieleden van de slachtoffers en verdedigers van mensenrechten eisen dat er een eind moet komen aan het onbestraft blijven van functionarissen van het regime in Teheran, die betrokken waren bij de massa-executies. Ze willen uitgelegd krijgen onder welke omstandigheden de politieke gevangen werden omgebracht en waar hun stoffelijk overschot werd begraven.

Aan een bijeenkomst in Parijs werkten bekende verdedigers van mensenrechten mee, o.a. de Britse professor Sara Chandler, bestuurslid van de Europese Verbond van Advocatenverenigingen (FBE)

Mensenrechtendeskundigen roepen op om daders en verantwoordelijken, volgens het internationale recht, strafrechtelijk te vervolgen en ter verantwoording te roepen. Een dergelijk vergrijp tegen de mensenrechten kan niet ongestraft blijven, het doet er niet toe wanneer de feiten zijn begaan.

Tot de medewerkers van de bijeenkomst in augustus behoorden voormalige politieke gevangenen uit Iran, die hun toevlucht in het Westen hebben gevonden.

Ze informeerden over de willekeurige arrestaties, oneerlijke processen, marteling en verkrachtingen in Iraanse gevangenissen en riepen de internationale mensenrechtenorganisaties op zich in te zetten voor de vrijlating van  politieke gevangenen.

Bij de herdenking in augustus 2018 wezen verdedigers van mensenrechten erop dat het onbestraft blijven van de verantwoordelijken voor eerdere mensenrechtenschendingen ertoe heeft geleid dat de in Iran aan de macht zijnde dictatuur nog steeds tot de meest erge mensenrechten schendende overheden in de wereld hoort.  Schendingen van mensenrechten zijn als altijd het instrument bij uitstek van het terroristische regime om te gebruiken tegen de bevolking. Dat blijkt maar weer bij de wrede onderdrukking van de aan de gang zijnde burgerprotesten In Iran.

Sinds het einde van 2017 nemen in Iran de protesten voor meer vrijheid toe. Steeds meer mensen demonstreren in verschillende Iraanse steden met grote moed tegen de Islamitische dictatuur. Door middel van vreedzame protesten eisen zij maatschappelijke rechtvaardigheid, vrijheid en mensenrechten.

Het regime in Teheran reageert  met geweld en onderdrukking tegen deze protesten. In de laatste maanden werden talrijke demonstranten door de troepen van het regime doodgeschoten of dood gemarteld. Honderden mensen werden gewond. Door middel van willekeurige arrestaties in het hele land probeert het regime verdere protesten te verhinderen. Er wordt melding gemaakt van duizenden arrestaties sedert einde 2017. Verscheidene arrestanten stierven na marteling tijdens hun gevangenschap.

Tentoonstelling ter gelegenheid van de herdenking van de massale terechtstellingen van politieke gevangenen in Iran in het stadhuis van het 1-ste arrondissement van Parijs

 

 

Verdedigers van mensenrechten roepen op tot solidariteit met de vreedzame protesten en hulp voor de slachtoffers van de vervolging en onderdrukking in Iran. De internationale gemeenschap moet zich er voor inzetten dat gearresteerde demonstranten onmiddellijk worden vrij gelaten. Alleen een massale internationale druk op het regime in Teheran kan bewerkstelligen dat het gebruik van geweld tegen demonstranten en gevangenen ophoudt.

Amsterdam Herdenking Massamoord 1988 in Iran

Op 25 augustus 2018 werd in Amsterdam een herdenkingsbijeenkomst gehouden ter ere van de slachtoffers van de massamoord op politieke activisten in Iran. In de zomer van dat jaar werden in korte tijd 30.000 mensen geëxecuteerd.

 

 

 

 

 

Niet alleen in Amsterdam was een bijeenkomst, maar in totaal ruim 20 steden/landen in Europa en Canada werden tegelijkertijd activiteiten georganiseerd en in Parijs was verzet van Iran met diverse gasten vertegenwoordigd. Alles werd rechtstreeks uitgezonden. Het programma in Amsterdam werd geopend door vertegenwoordigers van veel Iraanse zelforganisaties en enkele woordvoerders hielden een toespraak. Zij benadrukten allen wat voor littekens deze massamoord heeft achtergelaten. Veel families zijn getroffen en het is tot op de dag van vandaag voelbaar. Vervolgens waren twee belangrijke gasten aan het woord. De eerste spreker was de heer Alejo Vidal Quadras, voormalig vicevoorzitter van het Europese Parlement, atoomgeleerde en voorzitter van ISJ (In Search for Justice). In zijn toespraak benadrukte hij het belang van  erkenning van de massamoord. Twee jaar geleden heeft ISJ hierover een rapport gepubliceerd. Hij gaf aan dat ook Amnesty International een campagne is gestart om te voorkomen dat de massagraven worden vernietigd.

Vidal Quadras gaf aan dat Europa partij zou moeten kiezen voor de bevolking van Iran. Het huidige beleid van de EU en mevrouw Mogherini, om hun ogen te sluiten voor mensenrechtenschendingen en onderdrukking van vrouwen en zich alleen maar te richten op zaken doen en handel, is een schande.

De tweede spreker was professor dr. Henk de Haan, voormalig voorzitter van de vaste Kamercommissie van buitenlandse zaken en voorzitter van Dutch Group FOFI. De heer De Haan gaf onder andere aan dat deze massamoord veroordeeld moet worden via het Internationale Strafhof in Den Haag. Hij betuigde steun aan de wijdverspreide protesten in Iran.

“Het regime heeft een massale desinformatiecampagne tegen de Iraanse oppositie gelanceerd door enkele agenten te gebruiken die zich voormalige leden van de oppositie noemen en naar politici gaan en valse beschuldigingen uiten. Sommigen van hen zijn hier actief in Nederland.

Er zijn ook aanwijzingen dat het regime zijn voornaamste oppositie door terrorisme wil elimineren. Onlangs zijn verschillende Iraniërs gearresteerd in België en Duitsland, waaronder een Iraanse diplomaat. Ze probeerden de recente jaarlijkse grootse bijeenkomst van het Iraanse verzet in Parijs aan te vallen.”

Na de toespraken was er muziek alvorens, via een live verbinding, werd overgegaan naar Parijs. In Parijs sprak onder andere oud-senator Patrick Kennedy en werden beelden en toespraken uit andere landen getoond, waaronder Londen, Berlijn en Zurich. In Zurich sprak Struan Stevenson.

“Dit is geen Iraanse kwestie, dit is een mensenrechtenkwestie … want als het in een modern tijdperk in Iran kan gebeuren, kan het overal ter wereld gebeuren waar mensen niet opkomen voor mensenrechten en voor degenen die lijden.”

Er waren zowel in Parijs als in Amsterdam en andere steden  bloemleggingen bij de portretten van de vermoorde activisten.

Nadat de heer Vidal Quadras nogmaals had gesproken eindigde het programma in Amsterdam. Vidal Quadras merkte op dat er in Nederland een grote Iraanse gemeenschap is die actief blijft in de roep om democratie en vrijheid in Iran.