15 juli 2020 – Het Iraanse regime heeft op 14 juli twee Koerdische politieke gevangenen geëxecuteerd en is voornemens drie jonge mannen die tijdens de landelijke protesten in Iran in november zijn opgepakt te executeren. Woensdag executeerde het regime van de moellahs een andere man eenvoudigweg omdat hij alcohol dronk. Ondanks de voortdurende veroordeling van de schendingen van de mensenrechten heeft het regime zijn onderdrukkende maatregelen opgevoerd. De vraag is waarom?
De hashtag #(stop executies) is op sociale media wereldwijd populair geworden, met mensen die opriepen tot de onmiddellijke vrijlating van drie gedetineerde demonstranten. Politieke gevangenen Saeed Tamjidi 28 Amir Hossein Moradi 26 Mohammad Rajabi 26, werden ter dood veroordeeld wegens deelname aan landelijke protesten in Iran in november. Ze werden gearresteerd, gemarteld en door het regime gedwongen om op de televisie bekentenissen af te leggen.
De twee Koerdische politieke gevangenen die dinsdag zijn geëxecuteerd, werden geïdentificeerd als Diako Rasoulzadeh en Saber Sheikh Abdollah. Ze werden door het Revolutionaire Hof in Mahabad ter dood veroordeeld op grond van de valse beschuldiging van “Moharebeh”, oftewel vijandschap tegen God. Daarnaast werd Reza Askari, een gepensioneerde medewerker van het Ministerie van Defensie, geëxecuteerd.
Het regime is zich bewust van mogelijke internationale druk op de aanhoudende schendingen van de mensenrechten. De moellahs zijn zich er ook van bewust dat verdere politieke en zelfs niet-politieke executies nieuwe protestrondes of uiteindelijk een opstand kunnen veroorzaken. Maar dit regime heeft geen andere keuze. Net als alle andere dictators in hun laatste dagen vindt het regime van de moellahs geen andere oplossing dan toenemende onderdrukking.


Het Iraanse regime wordt overladen crises. De opstanden van het Iraanse volk in november 2019 en januari 2020, samen met hun boycot van de valse parlementsverkiezingen van het regime in februari, maakten het regime duidelijk dat het conflict met het Iraanse volk een onomkeerbaar punt heeft bereikt. De aanhoudende protesten van mensen van alle rangen en standen in Iran tonen aan dat, hoewel het regime de opstanden tijdelijk kon onderdrukken, de Iraanse samenleving weerspannig is. De 40 jaar van onophoudelijke onderdrukking door het Iraanse regime, het verspillen van nationale rijkdom aan terrorisme, zijn oorlogszuchtige beleid en geïnstitutionaliseerde corruptie heeft het Iraanse volk niets anders gebracht dan ellende, armoede en wanhoop. Het wanbeleid van het regime rond deze COVID-19-crisis heeft de bevolking nog verder onder druk gezet. Met andere woorden, de corrupte regering van het regime heeft de Iraanse samenleving veranderd in een kruitvat, klaar om te exploderen. Ook het groeiende internationale isolement van dit regime als gevolg van zijn terrorisme hebben het religieuze fascisme verzwakt.
“Het door de crisis geteisterde religieuze regime, dat een volksopstand vreest, probeert wanhopig de uitbarsting van weer een nieuwe opstand te voorkomen door een sfeer van terreur te creëren met het uitvoeren van executies en het opleggen van langdurige straffen.”
De Veiligheidsraad van de Verenigde Naties, de secretaris-generaal van de VN, de hoge commissaris voor de rechten van de mens en de VN-Raad voor de mensenrechten, evenals andere relevante instanties, moeten effectieve actie ondernemen tegen het religieus fascisme dat in Iran regeert met aanhoudende martelingen, executies en willekeurige arrestaties.
SMV “Het regime wil het publiek intimideren om niet aan de opstand mee te doen en ook de families van zijn huurlingen gebruiken om mee te werken aan repressie en spionage. Uit angst voor een uitbarsting van wijdverbreide woede vergiet het heersende religieuze fascisme voortdurend bloed om zijn onvermijdelijke ondergang te voorkomen”