Javaid Rehman, speciaal VN-rapporteur voor de mensenrechtensituatie in Iran, roept de internationale gemeenschap op om ervoor te zorgen dat degenen die verantwoordelijk zijn voor de ernstige schendingen van het internationaal recht in Iran ter verantwoording worden geroepen.

Op 17 maart heeft Javaid Rehman (foto), de speciale VN-rapporteur voor de mensenrechtensituatie in Iran, zijn jaarverslag ingediend bij de VN-Mensenrechtenraad, die momenteel in Genève bijeenkomt. Rehman is hoogleraar internationale mensenrechten en islamitisch recht aan een universiteit in Londen. Hij is belast met het onderzoeken en documenteren van de mensenrechtensituatie in Iran en het indienen van rapporten aan de VN-Mensenrechtenraad en de Algemene Vergadering van de VN.

In een videoconferentie riep de VN-expert de internationale gemeenschap, waaronder de VN-Mensenrechtenraad en haar lidstaten, op om ervoor te zorgen dat het regime in Teheran verantwoordelijk wordt gehouden voor eerdere en huidige ernstige mensenrechtenschendingen. Als voorbeelden van dergelijke schendingen van het internationaal recht noemde Javaid Rehman de massa-executies van duizenden politieke gevangenen in 1988, het gewelddadige optreden tegen burgerprotesten in november 2019 en de nalatigheid om de Iraanse bevolking te beschermen tijdens de COVID-19-pandemie.
Volgens de deskundige moet er een verantwoordingssysteem komen om een einde te maken aan de straffeloosheid die in Iran heerst en om herhaling van mensenrechtenschendingen te voorkomen. Verantwoording afleggen is een voorwaarde voor de bescherming van mensenrechten en is een van de verplichtingen van elke staat onder het internationaal recht.

Een van de redenen waarom er in Iran geen verantwoording wordt afgelegd, is dat het regime de beginselen van de rechtsstaat en de scheiding der machten verwerpt. Javaid Rehman legde uit dat er binnen het machtsapparaat systematische straffeloosheid is voor mensenrechtenschendingen, terwijl burgers die dapper gerechtigheid en waarheid eisen, worden gestraft.

Vigilius in Genève: mensenrechtenactivisten en verbannen Iraniërs eisen dat de Iraanse regime-president Raisi op internationaal niveau wordt vervolgd voor zijn deelname aan massa-executies van politieke gevangenen.

In zijn jaarverslag beschrijft de VN-expert de verwoestende mensenrechtensituatie in Iran. Daar zijn vorig jaar zeker 280 mensen geëxecuteerd. Onder de geëxecuteerden waren ten minste tien vrouwen en drie jonge gevangenen die minderjarig waren op het moment dat ze van het misdrijf werden beschuldigd.
Doodvonnissen worden vaak uitgesproken nadat de beschuldigden zijn gemarteld om valse bekentenissen af te leggen. Ook de toename van het aantal doden onder onduidelijke omstandigheden in Iraanse gevangenissen is zorgwekkend. In 2021 stierven zeker elf gevangenen die behoren tot de Koerdische minderheid in hechtenis onder onduidelijke omstandigheden.
meer informatie

Mensenrechtengroepen roepen op tot internationale vervolging van de functionarissen van het regime in Teheran die betrokken zijn bij massa-executies en andere misdaden onder het internationaal recht. Op basis van universele jurisdictie kunnen internationaalrechtelijke misdrijven overal ter wereld worden vervolgd, ongeacht het land waar de misdrijven zijn gepleegd. Deze overtredingen vervallen nooit. Universele jurisdictie is een belangrijk instrument om de plegers van internationale misdrijven in Iran te straffen. De huidige ernstige mensenrechtenschendingen in Iran kunnen alleen worden gestopt als de VN daadkrachtig en effectief optreedt tegen de heersende straffeloosheid.

Attachments