14 september 2022 – In een verklaring dringen 21 voormalige Europese ministers erop aan een akkoord om gevangenen uit te wisselen met Iran niet zou moeten gelden voor terroristen. Als het verdrag ondertekend is kan Brussel de Iraanse diplomaat- terrorist Assadollah Assadi, die op heterdaad werd betrapt bij een bomaanslag tegen de bijeenkomst van de demonstratie tegen Iran in Parijs 2018, worden vrijgelaten.

Onze ervaring leert dat het vrijlaten van Assadi om welke reden ook Iraans terrorisme in Europa alleen maar zal aanwakkeren. Dit zal de veiligheid van Europa en de Europese burgers in gevaar brengen. Zo luidt de gedeeltelijke verklaring.

De volledige verklaring wordt hieronder weergegeven.

VERKLARING

Terrorisme is een groeiende bedreiging voor onze democratie. Het bestrijden hiervan is een gemeenschappelijk belang van alle Europese landen om de vrede en veiligheid te waarborgen.

Het is veelzeggend dat na meer dan 2 jaar onderzoek de Belgische rechtelijke macht Assadi de maximale straf oplegde en ondubbelzinnig verklaarde dat Assadi handelde namens Iraanse staat. Het is de eerste keer dat een diplomaat werd voorgeleid voor zijn rol in een terroristisch complot in het hart van Europa.

De vrijlating van Assadi zal naar verwachting voortvloeien uit een verdrag tussen België en Iran die het mogelijk maakt dat personen die veroordeeld zijn in het ene land verplaatst mogen worden naar het grondgebied van de andere land. In artikel 13 van deze overeenkomst staat: “Iedere partij mag gratie verlenen of afkoop van de straf in overeenstemming met de grondwet of andere wetten.”

Inmiddels hebben de Iraanse autoriteiten keer op keer in het openbaar gezegd dat veroordeling van Assadi door de Belgische justitie niet erkennen. Teherans hoogste ambtenaren waaronder de minister van buitenlandse zaken en de woordvoerder van het ministerie van buitenlandse zaken hebben de onmiddellijke en onvoorwaardelijke vrijlating van Assadi geëist.

Het is een illusie om te denken dat Assadi de rest van zijn 20-jarige straf in Iran, het land wat verantwoordelijk is voor de bomaanslag, zal uitzitten.

Assadi terug sturen naar Iran zou een aanfluiting zijn voor de rechtstaat in Europa en straffeloosheid, van de Iraanse regering en haar ambtenaren die betrokken zijn bij terrorisme en misdaden tegen de mensheid, bevorderen.

Dit is nog alarmerender door het feit dat de Iraanse staatsterreur hand in hand gaat met een gijzelingsdiplomatie die gebruikt wordt om Iran te beschermen tegen de aansprakelijkheid. Bij conflicten met het westen heeft Teheran heeft altijd onschuldige westerlingen gearresteerd op valse beschuldigingen. Deze westerlingen werden gebruikt als ruilmiddel om toezeggingen van de westerse landen te krijgen. Iraanse media hebben duidelijk aangegeven dat een aantal van deze westerlingen alleen zal worden vrijgelaten als Assadi is vrijgelaten.

Het is erg onthullend dat Iran in de afgelopen maanden verschillende Zweedse, Franse en Duitse mensen heeft gearresteerd om de voorraad westerse gijzelaars aan te vullen. Deze trend moet gestopt worden.

Om het leven van hun burgers te redden en beveiligen zouden alle democratische landen een doortastende politiek moeten voeren waarbij Iran onder druk te gezet wordt om dit onmenselijke beleid te stoppen.

Onze directe ervaring laat zien dat het vrijlaten van Assadi, om welke reden ook, alleen maat het terroristisch gedrag van Iran in Europa alleen maar zal aanmoedigen, de veiligheid van Europese burgers in gevaar zal brengen en de straffeloosheid zal versterken die de ambtenaren van het Iraanse regime ten onrechte hebben genoten.

ONDERTEKENAARS

  • Janez Jansa, voormalig premier – Slovenië
  • Iveta Radicova, voormalig premier – Slowakije
  • Petre Roman, voormalig premier – Roemenië
  • Geir H. Haarde, voormalig premier – IJsland
  • Franz Joseph Jung, voormalig federaal minister van defensie – Duitsland
  • Theo Fracken, MP voormalig staatssecretaris voor asielzaken en migratie – België
  • Ryszard Kalisz, voormalig minister van binnenlandse zaken en administratie – Polen
  • David Jones, MP, voormalig staatssecretaris voor Brexit – United Kingdom
  • Alain Vivien, voormalig staatssecretaris voor buitenlandse zaken – Frankrijk
  • Jan-Erik Enestam, voormalig minister van defensie – Finland
  • Horst Teltschik, nauwe adviseur Helmut Kohl – Duitsland
  • John Perry, voormalig minister van kleine bedrijven – Ierland
  • Marcin Święcicki, voormalig minister voor buitelandse economisch relaties, voormalig bergemeester van Warschouw – Polen
  • Kimmo Sasi, voormalig minister van transport en communicatie – Finland
  • Karel Schwarzenberg, voormalig minister van buitelandse zaken – Tsjechische republiek
  • Francis Zammit Dimech, voormalig minister van buitenlandse zaken – Malta
  • Anatol Șalaru, voormalig minister van defensie – Moldavië
  • Edvard Solnes, voormalig minister van milieu – IJsland
  • Eduard Lintner, Parlementair staatssecretaris in de federale ministerie van binnelandse zaken – Duitsland
  • Mario Galea, MP, voormalig staatssecretaris voor ouderen en zorg – Malta
  • Giuseppe Morganti, voormalig staatssecretaris van onderwijs, cultuur en universiteit – San Marino