Iran telt volgens mensenrechtenorganisaties wereldwijd het op twee na hoogste aantal executies: ten minste 300 mensen werden vorig jaar vermoord door de staat. Behalve de religieuze en politieke slachtoffers, bekritiseert Amnesty International vooral de executies van jonge mensen.
Volgens Amnesty International zijn er alleen al tussen de omstreden presidentsverkiezingen op 12 juni 2009 en de tweede inauguratie van president Mahmoud Ahmadinejad op 5 augustus 112 doodvonnissen voltrokken. In veel gevallen luidt de beschuldiging “gewapend verzet tegen de staat”.
Doodstraf in de naam van “de sharia”
In Iran is krachtens de grondwet de islamitische wet, de sharia, van toepassing. Daardoor kunnen de zogenaamde “vijanden van God” en “afvalligen van het islamitische geloof ” met de dood worden gestraft. Dit speelt een belangrijke rol in verband met de hevige protesten op het Ashura festival eind vorig jaar. Want de partijgetrouwe Justitie heeft vele gearresteerde demonstranten als “Mohareb”, dat wil zeggen als “vijanden van God” aangeklaagd.
Het is volgens Amnesty International ook treurig dat in de Islamitische Republiek ook adolescenten worden geëxecuteerd. De executie van minderjarigen is krachtens het internationale recht verboden.
Bewustmaking van het onderwerp in landen met de doodstraf
Het wereldcongres in Genève probeert de bevolking in landen waar de doodstraf geld bewust te maken van dit onderwerp. Zo kan de druk op de regeringen vanaf de basis worden opgevoerd. De eerste drie conferenties in Straatsburg, Parijs en Montreal hebben geleid tot het oprichten van een wereldwijde alliantie tegen de doodstraf. De coalitie is een campagne gestart om het VN-protocol over de afschaffing van de doodstraf te ratificeren.