Zaterdag, 2 september 2017-De secretaris generaal van de VN heeft het verslag van de speciale rapporteur over de mensenrechtensituatie in Iran, dat is opgesteld in overeenstemming met de resolutie 34/23 van de Raad voor de Mensenrechten, voorgelegd aan de Algemene Vergadering.
Tijdens de drie-en-dertigste vergadering benoemde de Raad voor de Mensenrechten Asma Jahangir als Speciale Rapporteur over de mensenrechtensituatie in Iran. Het verslag in kwestie behandelt de activiteiten, die de Speciale Rapporteur heeft ontplooid sinds de uitgifte van haar eerste verslag aan de Raad (A/HRC/34/65), onderzoekt lopende zaken en geeft enkele van de meest recente en dringende ontwikkelingen op het gebied van de mensenrechten in het land weer.
Dader
Voor de recente presidentsverkiezing, gedurende de periode van de registratie van de kandidaten, dienden 1636 personen, waaronder 137 vrouwen, hun kandidatuur in voor het presidentschap. In april echter, kondigde de Raad van Hoeders, een lichaam dat bestaat uit 6 geestelijke leiders, aangesteld door de Hoogste Leider, die het electorale proces controleert en de kandidaten screent aan dat de kandidatuur van slechts 6 mannen (0,37 % van de kandidaten) was goedgekeurd. Onder hen was Ebrahim Raisi, die, zoals is vastgelegd, had gediend in een commissie die de wederrechtelijke terechtstelling van duizenden politieke gevangenen had bevolen.
Verbergen van de misdaden
In maart, zoals is vastgelegd, ontdekten families, die een massagraf bezochten, waarvan wordt aangenomen dat hier 170 politieke gevangenen zijn begraven, in de stad Mashhad, in de Razavi Khorasan provincie, dat het voorheen vlakke gebied werd bedekt met aarde om een heuvel over het graf aan te leggen. Midden mei werden bulldozers waargenomen, die aan het werk waren direct naast de plaats van het massagraf in Ahvaz, dat ligt op een kaal stuk land 3 km ten oosten van het Behesht Abad kerkhof, waarvan wordt aangenomen dat hier de lichamen zijn begraven van 44 personen, die in de zomer van 1988 ter dood zijn gebracht. Het plan is, zo wordt gerapporteerd, om het betonblok dat de begraafplaats markeert, te verwijderen en een ‘groene ruimte’ aan te leggen of een commerciële bestemming aan de plek te geven.
Nog levende getuigen
In haar eerste verslag aan de Raad voor de Mensenrechten stelde de Speciale Rapporteur de zaak van Maryam Akbari Monfared aan de orde, die een medische behandeling werd ontzegd en die werd gedreigd met de ontzegging van consulten, omdat zij een brief had gepubliceerd, die opriep tot een onderzoek van de executies in 1988. In mei werd de echtgenoot van mevr. Akbari Monfared opgeroepen voor een ondervraging door het ministerie van Inlichtingen en Veiligheid en er werd gedreigd met het vooruitzicht op een extra drie jaar gevangenschap voor zijn vrouw in een afgelegen gevangenis in de provincie Sistan en Baluchestan, als ze doorging met het schrijven van open brieven over de gebeurtenissen in 1988.
Commissie des doods
Tussen juli en augustus 1988 werden duizenden politieke gevangenen, mannen, vrouwen en tieners, zoals is vastgelegd, geëxecuteerd ingevolge een fatwa, uitgevaardigd door de Hoogste Leider, ayatollah Khomeini. Er werd een commissie van drie man opgericht om te beoordelen wie moest worden terechtgesteld. De lichamen van hen, die werden geëxecuteerd, werden begraven in niet gemarkeerde graven en hun families werden nooit ingelicht over het hoe en waarom. Deze gebeurtenissen, die bekend staan als de massamoorden van 1988, zijn nooit officieel bevestigd. In januari 1989 sprak Reynaldo Galindo Pohl, de speciale vertegenwoordiger van de Raad voor de Mensenrechten in zake de toestand van de mensenrechten in de Islamitische Republiek van Iran, zijn bezorgdheid uit over de “wereldwijde ontkenning” van de executies en hij riep de Iraanse autoriteiten op een onderzoek in te stellen. Zo’n onderzoek moet nog altijd worden begonnen.
Historische onthulling
In augustus 2016 werd een geluidsopname van een vergadering van hoge officials en geestelijken, gehouden in 1988, openbaar. De opname onthulde de namen van de hoogwaardigheidsbekleders, die de executies hadden uitgevoerd en verdedigd, waaronder de huidige minister van Justitie, een huidige rechter van de Hoge Raad en het hoofd van een van de grootste religieuze stichtingen in het land en kandidaat voor de presidentsverkiezing in mei. Volgend op de openbaarmaking van de opname erkenden enkele geestelijke autoriteiten en het hoofd van de rechtelijke macht dat de executies hadden plaats gevonden en in een enkel geval verdedigden zij die.
Nieuwe onthullingen
In de verslagperiode ontving de Speciale Rapporteur informatie over lastigvallen, intimidatie en vervolging van verdedigers van de mensenrechten, die alleen de waarheid trachten te achterhalen en genoegdoening zoeken voor hen die zonder vorm proces werden terechtgesteld of met geweld werden opgeruimd in de tachtiger jaren van de vorige eeuw.
Voortgaan met middeleeuwse straffen
In juni kondigde in Qazvin, Ismail Sadeghi Niaraki, de openbare en revolutionaire aanklager, aan dat van de 90 mensen, die waren aangehouden omdat zij in het openbaar hadden gegeten tijdens de Ramadan, 20 ervan zweepslag-straffen hadden gekregen, die ook waren uitgevoerd.