De toenemende spanningen in Iran moeten een constructieve respons krijgen, gebaseerd op de internationale wetgeving voor de mensenrechten, volgens Javaid Rehman, de nieuwe Speciaal Rapporteur voor de Mensenrechten in Iran.

Hoewel hij ‘mogelijk afwijkende gezichtspunten, onder meer over dit mandaat op zich’ erkende, zei de Speciaal Rapporteur dat hij hoopt te kunnen ‘voortbouwen op de hartelijke samenwerking’ die hem tot dusver was betoond door ‘constructieve betrekkingen’ met Iran, en tevens hoopt om het land te kunnen bezoeken.

In zijn eerste rapport aan de Algemene Vergadering sinds zijn benoeming in juli verwelkomde de Speciaal Rapporteur het besluit van Iran om de wetten inzake drugssmokkel aan te passen, wat heeft geleid tot een merkbare afname van het aantal executies wegens aan drugs gerelateerde delicten.

De Speciaal Rapporteur uitte zijn verontrusting over het feit dat Zeinab Sekaanvand op 1 oktober werd geëxecuteerd, ‘de vijfde minderjarige die dit jaar ter dood is gebracht’ na een procesgang waarover vele bedenkingen bestaan. Hij herinnerde ook aan de talrijke minderjarige delinquenten die op de nominatie staan om geëxecuteerd te worden in Iran, onder wie Mohammad Kalhori, Mehdi Khazaeian, Mohammad Haddadi, Pouria Tabaei, en Saleh Shariati. De Speciaal Rapporteur deed een beroep op de Iraanse autoriteiten om de doodstraf voor kinderen af te schaffen, en om alle doodvonnissen van kinderen om te zetten overeenkomstig het internationaal recht.

‘De spanningen waar het volk van Iran de afgelopen maanden mee te maken heeft worden geïllustreerd door de vele protesten overal in het land,’ vertelt de Speciaal Rapporteur. Hij zei dat de protesten aangevuurd worden door onvrede over economische en sociale rechten en drong er bij de Iraanse regering op aan om ‘de klachten die aan de protesten ten gronde liggen te behandelen, en het recht op vrijheid van vereniging en bijeenkomsten te bekrachtigen.’ ‘In tijden van spanningen zijn het recht op vrijheid van mening en meningsuiting en de vrije toegang tot de informatie belangrijker dan ooit,’ voegde hij daaraan toe.

De Speciaal Rapporteur vertelde dat hij gedurende zijn mandaat economische en sociale rechten wil bezien, en dat hij tevens van plan is om de mogelijke negatieve impact van […] sancties op dergelijke rechten te onderzoeken.

Verder noemde hij een aantal al langer bestaande punten van zorg, waaronder het respecteren van het recht op leven en op een eerlijk proces; de recente arrestaties en behandeling van mensenrechtenactivisten, andere maatschappelijk betrokken burgers en advocaten; en de rechten van vrouwen, buitenlanders in Iran en mensen met een dubbele nationaliteit, en mensen in kwetsbare situaties. De Speciaal Rapporteur uitte met name zijn zorg en verontrusting over de behandeling of religieuze en etnische minderheden.