Met werkonderbrekingen protesteerden leraressen en leraren tegen machtsmisbruik en onderdrukking en eisten zij vrijlating van vastgezette collega’s. Talrijke leraren zijn in Iran vastgezet vanwege hun betrokkenheid bij mensenrechten en vakbondswerk.
Op 13 en 14 november hebben leraressen en leraren in meer dan 40 Iraanse plaatsen middels werkonderbrekingen actie gevoerd voor sociale gerechtigheid en vrijheid van meningsuiting. Dit was de derde nationale lerarendemonstratie, nadat er al in mei en oktober dit jaar in veel Iraanse stadjes en dorpen stakingen en demonstratieaankondigingen door leraren zijn geweest.
Ook ditmaal vonden de meeste demonstraties plaats in de hoofdstad Teheran en in grote steden als Isfahan, Shiraz, Tabriz, Ahvaz en Mashhad. Ook leerlingen en leerlinges sloten zich bij de staking aan om de eisen van de leraren te ondersteunen.
De stakende leraressen en leraren weigerden les te gaan geven en verzamelden zich in de scholen om voor passende salarissen en tegen onderdrukking, de controle op meningen en tegen discriminatie in Iraanse onderwijsinstellingen te protesteren. Zij verweten het regime in Teheran machtsmisbruik, incompetentie en corruptie en eisen de vrijlating van gevangengenomen collega’s. Talrijke leraren in Iran zitten in de gevangenis voor hun betrokkenheid bij mensenrechten en vakverenigingen.
Abdolreza Ghanbari werd op 13 oktober 2018 in de Evin gevangenis in Teheran vastgezet. Op 10 november werd hij naar de Rajai-Shahr gevangenis in Karai, die berucht is wegens bijzonder onmenselijke gevangenisomstandigheden, verplaatst. Abdolreze Ghanbari zat al eerder zes jaar in gevangenschap omdat hij zich inzet voor mensenrechten in Iran.
De bij de bond betrokken leraar Abbas Vahedian werd op 11 oktober 2018 in de noord oost Iraanse provinciehoofdstad Mashhad gearresteerd. Hij werd naar een onbekende locatie gebracht waar hij zonder contacten met de buitenwereld wordt vastgehouden. Zijn familie wordt informatie over zijn situatie geweigerd.
Ook in november reageerde het regime in Teheran opnieuw met repressie op de vreedzame protesten van de leraren. Tijdens de staking werden minstens 12 leerkrachten gearresteerd en werden 30 anderen voorgeleid en verhoord. In de noord oost Iraanse provincie Noord-Khorassan werden de leraren die lid waren van de vakbond, Mohammad Reza Ramezanzadeh, Saied Hagh Parast, Ali Forotan, Hamidreza Rajaie en Hossein Ramezanpour gearresteerd. In de zuid Iraanse provincies Khuzistan en Fars werden onder anderen de leraren Pirouz Nami, Ali Korushat, Mohammad Ali Zahmatkesh, Mohammad Kord en Fatemeh Bahmani gearresteerd.
In het gehele land hadden meerdere lerarenbonden opgeroepen tot de staking. In sociale netwerken werden veel foto’s van leraressen en leraren gepost die in de scholen hun eisen op plakkaten lieten zien, zoiets als “einde aan de discriminatie” en “Leraren horen niet in de gevangenis”.
Met de protesten wordt duidelijk gemaakt dat de salarissen van de leraren in Iran onder de armoedegrens zitten. Veel leraren zijn zo gedwongen bijbanen aan te nemen, om hun gezinnen te kunnen voeden. De stakers eisten gepaste salarissen en ziektekostenverzekeringen voor alle leraren, en ook baangarantie.
Daarnaast protesteerden de leraren ook daartegen dat de eis van schoolopleiding in Iran al sinds jaren veronachtzaamd wordt. Dit heeft ertoe geleid, dan veel scholen op grond van het gebrek aan leerkrachten en geld geen gepast onderwijs meer kunnen verzorgen. De leraren eisten ook een einde aan de discriminatie binnen het opleidingssysteem, waardoor vooral etnische en religieuze minderheden, maar ook meisjes worden benadeeld.
Met het neerleggen van het werk demonstreerden de leerkrachten ook voor het recht om zich te mogen organiseren in beroepsverbanden die onafhankelijk zijn van de staat. In Iran zijn onafhankelijke vakverenigingen niet erkend. Hun leden worden vervolgd, voor het gerecht gebracht en veroordeeld tot lange gevangenisstraffen.